2012

de planning is klaar 🙂

Ook in 2012 gaan we Amerika weer bezoeken. De vlucht is al lang geleden geboekt en de route die we gaan doen is nu ook zo goed als uitgestippeld, dit met de geweldige hulp van Marjan en Jan, die als ervaring deskundigen voor dit gebied ons hele leuke tips hebben aangedragen 🙂
We vertrekken op 27 mei en komen terug op 25 juni.
We gaan de staten Nevada, Arizona, New Mexico, Colorado en Utah bezoeken. Ook gaan we weer op bezoek bij Faye in Lake City en we gaan weer proberen om de Alpine-loop met haar te doen.
Omdat we alle grotere parken al gezien hebben gaan we deze keer wat meer de kleinere wonderen der natuur bekijken en we trekken wat meer de “wildernis” in.
Het aantal te rijden kilometers is ongeveer 4600, maar de ervaring heeft geleerd dat dat nooit klopt dus het worden er ergens tegen de 6000.
Het wordt weer een tent vakantie, en als het weer het toelaat zullen we alleen in Las Vegas in een hotel kruipen…

Zondag 27 mei

Na een prima nacht in het CitizenM zijn we tegen half 7 naar de vertrekhal gegaan om in te checken, Onderweg bij de AH-to-go nog even een paar broodjes gekocht en toen de koffers afgegeven en door de douane. Ze hebben een nieuw systeem en je moet nu zelf je paspoort in een lezer doen en dan word direct je status gecontroleerd. We hadden blijkbaar geen belastingschulden of openstaande boetes want we mochten doorlopen 🙂

Door naar de G-pier waar ons vliegtuig mooi op tijd arriveerde. Nog even gerookt en ons broodje opgegeten en wachten op het boarden. Alles verliep prima, en we vertrokken met 20 minuutjes vertraging richting Houston.
Onderweg was genoeg vermaak. United heeft nieuwe schermpjes en je kunt nu ook spelletjes doen, ik heb nog even Bejuweled gespeeld, haha
Het blijft een enorm lange zit maar na 10 uur stonden we toch in Houston weer netjes aan de grond. Daar moesten we door de Immigrations en de Costums. Houston staat bekend om zijn lange wachttijden en dat klopte volledig. Maar een paar poortjes open en niemand die haast maakte. Na anderhalf uur wachten mochten we de USA in, toen nog door de Costums, onze kaas hebben we netjes aangegeven en dat gaf geen problemen.

Ik had me al verheugd op het eten van de Panda expres en op Houston bleek er een te zitten, dus daar een hapje gegeten en het was weer heerlijk!

Vervolgens in een propvol vliegtuig met erg weinig beenruimte nog 3 uurtjes naar las Vegas.

Koffers gehaald en op naar Dollar, voor de auto, een zwarte Jeep Liberty, een mooie hoge SUV met 4×4.

De temperatuur is lekker, en het is erg druk in Las Vegas omdat het Memorial Day is. We hebben geslapen in Terribles en het is nu de volgende dag. Wakker geworden om 5 uur en we zitten nu te wachten tot het buffet opengaat. Na het ontbijt gaan we boodschappen doen en dan verlaten we SinCity weer en gaan naar Williams AZ.

maandag 28 mei

Door het enorme tijdverschil was vooral ik erg vroeg wakker. Om 4 uur dus! Albert was tegen 5 uur ook wakker. Omdat we direct aan de rit gingen moesten we wat haast maken. Om 7 uur ging het buffet open en daar hebben we op gewacht. Voor nog geen 9 dollar met z’n 2en hebben we onze magen goed gevuld. Daarbij enorme glazen jus en een grote beker koffie en de waitress was blijkbaar bang dat we dorst hadden want er kwam ook nog een thermoskan koffie op de tafel.

Om 8 uur uitgecheckt en op weg naar de 99c winkel, van alles gekocht en toen op weg naar de Dollar Tree voor de rest. Maar helaas….de Dollar Tree zat er niet meer dus dan maar door naar de Walmart. Op een paar dingetjes na hadden we alles en aangezien het basic kamperen is zijn we snel tevreden.
Na de Walmart op naar de outlet want we hebben onze lange broeken niet meegenomen, ook heel snel gelukt.

Na alle boodschappen moesten we nog langs Dennis, om te kijken of hij tijd had voor een tattoo voor Albert als we terug zijn in Las Vegas. Het zat niet mee, hij zit dan in Miami voor een conventie, dus we hebben nu al een excuus voor onze volgende reis 🙂

Toen dachten we snel Las Vegas uit te komen, maar dat viel tegen. Enorme drukte op de weg (waren we al voor gewaarschuwd door Marjan) en we hebben dus een uurtje in de file gereden.

Tegen 5 uur bereikten we Williams en na boodschappen en wat eten door naar de camping.
Terwijl Albert de tent opzette heb ik alles uit de verpakking gehaald en de auto voor een deel opnieuw ingericht, na een uur waren we klaar.

We staan op de KOA Circle Pines, een grote en toch al druk bezette camping in de buurt van de toegang naar de Grand Canyon South Rim.

De temperatuur is lekker, ongeveer 88 graden F. Het koelt echter wel snel af en ik heb inmiddels een trui aan (het is nu 8 uur ’s avonds)

Morgen richting Bernaillilo NM, onderweg doen we El Morro NM aan.

Vandaag gereden: 230 miles.

dinsdag 29 mei

Vanochtend waren we weer erg vroeg wakker, maar dat blijft waarschijnlijk de hele vakantie wel zo, tenminste, dat is onze ervaring.
Dus om 6 uur op, trui aan en jas erover, het was maar 5 graden C.Gedoucht en ontbeten, tent opgeruimd en even voor 8 uur zaten we in de auto.Het warmde gelukkig vrij snel op en binnen 2 uur was het al weer zo warm dat we verder konden in een t-shirt en tegen de middag was het ver over de 30 graden C.

We hebben op weg naar Bernailillo El Morro National Monument bezocht:

Eeuwenlang kwamen ontdekkingsreizigers naar het meer bij de grote rots. Een waardevolle waterbron en een rustplaats. Menigeen die hier langskwam liet hier zijn naam en boodschap achter in de rots, direct naast de petroglyps van de oude Publoans. De ruïnes van een grote pueblo boven op de top van El Morro werden verlaten toen de spanjaarden arriveerden aan het eind van de 15e eeuw. Toen de bevolking in het westen groeide werd El Morro een pauzeplaats voor passanten . Het gebied werd populairder en de reizigers maakten er een traditie van om inscripties in de rots te kerven. Om de historische inscripties te bewaren werd El Morro een National Monument in december 1906
De eerste Europese inscriptie in de rotsen is van Don Juan de Onate (16-04-1605) een Spaanse kolonist uit New Mexico. Later volgden er meer inscripties en zo krijg je een kleine indruk van de Spaanse overheersing in dit gebied. Aan het eind van de 17e eeuw verjaagden (en doodden) de Indianen de overheersers en aan het begin van de 18e eeuw hadden ze het gebied weer voor zichzelf
Halverwege de 18e eeuw begonnen de reizigers weer te komen. Ze werden toen altijd gastvrij ontvangen door de Zuni’s.
Later, in 1881, werd de eerste spoorlijn tussen de Rio Grande en de westerse woestijnen in gebruik genomen en verdween de functie als rustplaats en waterbron.

Deze slideshow vereist JavaScript.

El Morro is een klein park, leuk om even mee te pakken. In het visitorcentrum ligt een boek met de namen van de bezoekers en we kwamen nog een bekende tegen, Conny: ik heb er een foto van 🙂

De weg vanaf El Morro naar Grants is ook erg indrukwekkend. Je ziet hier allemaal lavahopen liggen van een vulkaanuitbarsting heel lang geleden. Helaas geen foto, de autoramen waren te vies.

We moesten Albuquerque door en dat was erg druk, maar gelukkig hebben we toch maar heel even in de file gestaan. Als we de andere kant op hadden gemoeten dan had dit uren geduurd. Alles stond 5 rijen dik helemaal vast!

We waren tegen een uur of 5 op de KOA campground en we hebben een mooi plekje met schaduw en stroom. We blijven hier 2 nachten. We hadden nog een gelukje: we hebben een KOA lidmaatschap waarmee we punten verzamelen om korting te krijgen. Ik had zoveel punten dat de tweede nacht gewoon gratis is!

Morgen Bandelier NP en Kasha Katuwe Tent Rocks.

Vandaag gereden: 400 miles.

woensdag 30 mei

Het gewone ritueel: vroeg opstaan en ontbijten. De free pancakes doen we morgen wel want we willen niet te laat op pad in verband met de warmte.

Gisteravond noodgedwongen nog even met Nederland gebeld. Maandag wilde ik mijn credit card gebruiken bij de Walmart en die werd geweigerd. Gelukkig deed Albert zijn kaart het wel, maar direct daarna was hij geblokkeerd. Albert had dus gisterochtend al gebeld en toen werd hij weer vrijgegeven. De mijne deed het na de Walmart wel weer maar ik had wel een mail dat ik zsm contact moest opnemen, dus maar even gedaan. Nu doen ze het beide weer 🙂

Vandaag zaten we tegen kwart voor 8 in de auto op weg naar Kasha Katuwe Tent Rocks:
Je kunt daar zien hoe de landschappen gevormd zijn door het geologische proces. Het National Monument ligt op het Pajarito Plateau in Noord-Centraal New Mexico en heeft een oppervlakte van 16,6 km²
De kegelvormige rotsformaties zijn de gevolgen van vulkaanuitbarstingen die 6 tot 7 miljoen jaar geleden plaatsvonden, en die dikke lagen as en puimsteen achterlieten. Er zijn twee belangrijke rotslagen: de oudste laag bestaat uit wit-oranje Peralta Tuff gesteente, de grijs getinte laag hoort tot de Cochiti Formatie. De meeste rotsen in het park zijn kegelvormig, maar de grootte verschilt enorm. Sommige Tent Rocks zijn maar een paar meter hoog, maar er zijn er ook die bijna 30 meter groot zijn. Veel van de rotsen hebben een caprock, een hardere bovenlaag, waardoor ze tegen slijtage zijn beschermd. Als een rots zo’n beschermende kap verliest, gaat het erosieproces een stuk sneller. Terwijl sommige Tent Rocks dus – naar geologische maatstaven gemeten – snel slijten, worden door erosie op andere plaatsen in het park nog steeds nieuwe exemplaren gevormd.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Een mooi en indrukwekkend geheel. Het eerste stuk was behoorlijk warm, maar later kwamen we in een soort slotcanyon en daar was het heerlijk koel. We wilden niet de hele trail lopen maar als je daar dan loopt ben je erg nieuwsgierig wat er achter de volgende bocht ligt.
Ergens op de helft bedacht Albert dat de auto niet op slot was, alles erin natuurlijk, maar dat kan hier dus gewoon, geen mens die erbij komt. We hebben ons ook niet gehaast om terug te komen en dat was ook niet nodig. Ook op de camping laten mensen hun hele inventaris op tafel liggen (incl laptop) en er gebeurt helemaal niets mee!

Onderweg naar Kasha Katuwe kwamen we aan de andere kant van de Interstate nog deelnemers tegen van de Gumball3000, helaas hebben we de mooisten niet gezien ( er doet zelfs een Veyron mee) en ze op de foto zetten was ook bijna niet mogelijk. Helaas was er geen uitkijkpunt waar we konden wachten dus we zijn maar doorgereden.

Na de Tent Rocks gingen we op weg naar Bandelier NM:
Bandelier National Monument heeft de meest ongewone en interessante ruines van het Zuidwesten. Hoge, nauwe canyons met genoeg wild, bergen met hoogte’s van 10.000 feet, veel onaangetast achterland en een kleurrijk gedeelte van de Rio Grande Vallei. Het park heeft een oppervlakte van 136 km².
Je kunt hier overblijfselen van oude indianenwoningen zien. Het park bestaat uit twee delen, de Frijoles Canyon Area en de Tsankawi Section. Het park ligt op de hellingen van de Jemez Mountains, en heeft nogal wat hoogteverschillen. Dit veroorzaakt grote verschillen in temperatuur en daardoor kent dit gebied een grote verscheidenheid aan flora en fauna.
Ongeveer 10.000 jaar geleden trokken hier nomaden rond. De eerste permanente bewoners kwamen in de 12e eeuw, de Ancestral Pueblo People zijn toen begonnen met de aanleg van woningen. Eerst bouwden zij vooral pithouses, huizen onder de grond. Later werden er ook bovengrondse stenen woningen gebouwd:de rotswanden van Frijoles Canyon bestaan uit zacht vulkanisch as, waarin door wind en regen makkelijk gaten ontstaan. Met behulp van gereedschappen werden deze gaten groter gemaakt, en de stenen woningen werden direct onder deze plekken gebouwd.
In 2011 woedde hier een enorme bosbrand, de Las Conchas Fire, de grootste brand in de geschiedenis van New Mexico. Daardoor is een aanzienlijk deel van het park verwoest en niet meer begaanbaar. Omdat er zoveel bos is verbrand zijn er een paar flashfloods geweest en die hebben hele paden weg gevaagd. Deze zijn niet meer te herstellen.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Een mooi park, er is veel verwoest vorig jaar, bruggen zijn weg gespoeld, het visitor centrum is omringd door zandzakken. We hebben een korte trail gelopen en hebben de cliff dweilings bekeken.

Als ik moest kiezen tussen beide parken dan zou ik naar de Tent Rocks gaan. De cliff dweilings en de ruines zijn leuk, maar we hebben al verschillende gezien en we vinden dat het wat op elkaar lijkt. Ook de weg erheen vertoonde veel gelijkenis met Mesa Verde.

Terug naar de camping zijn we over de 4 gegaan, een erg mooi gebied met veel bos, helaas is er een behoorlijk deel verbrand vorig jaar en de bomen stonden er triest bij, het gaat jaren duren voordat het weer mooi groen is hier.

Aangekomen in Bernailillo nog even naar de Albersons om eten te kopen en een koffiefilter, hier zochten we al sinds maandag naar en vandaag is dat gelukt!

Morgen naar Farmington via de Ah shi Sle Pah Wilderness.. Marjan: we gaan naar Pop & Moms

Vandaag gereden: 200 mile

donderdag 31 mei

Weer een goede nacht gehad en om een uur of 6 wakker.
Vandaag gingen we voor de free pancakes dus eerst alles opgeruimd en ingepakt en even gekletst met de buurman.
Om half 8 gingen we ontbijten en het was lekker: 2 pancakes met boter en maplesirup. Als extra nog 2 gebakken eitjes erbij besteld en we konden aan de rit.Eerst de auto nog even wat te drinken gegeven, want deze lust wel wat!Toen op weg. We hadden verwacht dat de afslag naar de dirt road wat eerder zou komen maar het was nog zeker anderhalf uur rijden. Af en toe verkijk je je wat in de miles.

De dirt road viel erg mee, eerst een stuk asfalt met gaten en toen een goed bereidbare zandweg. De aanwijzingen waren makkelijk te volgen en eigenlijk moesten we de laatste halve mijl lopen want er lag een bordje op de grond en er stond een paaltje op de weg. Maar er liep een spoor omheen en we hebben dus het paaltje maar niet gezien 🙂

In de verte zagen we al een auto staan en ja hoor: Alida en Jan stonden ons al op te wachten. Eerst gezellig een kopje thee gedronken en toen het gebied in:

In het noordwesten van New Mexico ligt Ah-shi-sle-pah, een van de meest afgelegen schatten van het San Juan Basin. Rijk gekleurde badlands, grappige spiralen, geërodeerde zandstenen hoodoos en unieke geologische formaties . Het is een gebied met gele kaprotsen en olijfgekleurde heuvels van benoniet, erg mooi en de zachte kleuren zie je bijna nergens anders.
Het gebied is ongeveer 26,5 km² groot en er zijn hier bijzonder veel fossielen gevonden die miljoenen jaren oud zijn: van planten, vissen, schildpadden, krokodilachtigen en ook van dinosaurussen. Er is zelfs een bijna compleet skelet van een dinosaurus aangetroffen. Vanwege deze vondsten heeft een deel van de wash (rivierbedding) een beschermde status gekregen, dit deel wordt de Ah-Shi-Sle-Pah Wilderness Study Area genoemd.

Gelukkig hadden Alida en Jan een GPS bij zich waardoor we verder durfden te lopen dan dat we zouden hebben gedaan als we alleen waren geweest.
We hebben genoten van al het schoon dat moeder natuur hier tentoonstelde! GEWELDIG !!!

Deze slideshow vereist JavaScript.

Ik zet er een paar foto’s op, maar ze laten nog niet 10% zien van wat je ziet als je hier zelf bent.

Na het bezoek aan Ah Shi Sle Pah zijn we doorgereden naar Farmington, we staan hier op Mom & Pops RV Park, de tent staat inmiddels en naast ons is een rare buurvrouw die een bordje heeft hangen dat ze met niemand wil praten. Alleen toen ze erachter kwam dat we Europeanen zijn heeft ze 2 uur van onze tijd staan te verkletsen, hahaha

Morgen naar Bisti Badlands.

Vandaag gereden: 212 mile

vrijdag 1 juni

Naast ons overnachtten Mexicanen in hun auto’s die waarschijnlijk aan het werk waren in Farmington, en aangezien ze vroeg beginnen waren wij dus ook vroeg wakker!

Koffie gezet, ontbeten en de tent opgeruimd en gelukkig was onze gekke buurvrouw nog niet wakker anders waren we niet weg gekomen. Nu zaten we om 7.15 uur in de auto. Op weg naar Bisti Badlands. De reis duurde niet zo lang, maar was wel spectaculair: tot 2x toe een grote bump en de auto kwam los van de weg…. Om 8 uur stonden we op de parkeerplaats.

In de San Juan Basin in het Noordwesten van New Mexico ligt een fascinerend landschap met Hoodoo’s: Bisti Badlands, een soort maanlandschap met prachtige gekleurde leemheuvels en zeldzame geërodeerde zandsteensculpturen. Samen met het aangrenzende De-Na-Zin valt dit 182 km² grote gebied onder de bescherming van het Bureau of Landmanagment (BLM)
Het gebied van de Bisti/De-Na-Zin Wilderness is zo groot dat het onmogelijk is om alles in 1 dag te zien. De grootste verzameling van Hoodoo’s is te vinden in het westelijke deel van het beschermde gebied.
Miljoenen jaren geleden was dit landschap een moerassig gebied met regenwouden. Er leefden veel dieren, waaronder ook dinosaurussen. Ongeveer 70 miljoen jaar geleden begon het klimaat te veranderen en er kwamen rivieren die de grote vlaktes onder water zetten. Uit deze tijd dateren de fossielen die nog steeds worden gevonden. Toen het water verdween bleef er een paar honderd meter dikke laag achter met zandsteen, modder, leisteen en kool. Ongeveer 6000 jaar geleden begon het erosieproces die het gebied zijn tegenwoordige vorm heeft gegeven. Ook worden hierdoor veel fossielen blootgelegd. Door ondergrondse branden zijn de leemlagen gebakken en uitgehard en dit veroorzaakt de roestige kleuren die men ziet

Toen we de zwarte rotsen zagen waar we heen moesten lopen vond Albert het te ver. Bovendien hebben we geen GPS en zijn er eigenlijk geen oriëntatiepunten dus we hebben dat deel toch maar over laten gaan en dit staat dan ook op de agenda voor een volgende keer

Wel hebben we het alternatief bezocht: het zuidelijke deel. Hier staat ook een verzameling hoodoo’s en ik heb me prima vermaakt. Overal vlogen lizards voor je voeten weg en er liepen ook wat konijntjes. We hebben links en rechts nog wat rondgereden en mooie landschappen gezien.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Toch maar even kijken wat zo’n GPS kost want eigenlijk is het onverantwoord om zomaar aan de wandel te gaan. Zodra je over een heuvel gaat zie je niet meer waar je auto staat en je loopt dus ook zo de verkeerde kant op. In zulke gebieden komen weinig bezoekers dus als je verdwaald dan heb je een groot probleem!

We zijn ook nog even naar de noordkant gereden maar ook hier hetzelfde probleem.

Onderweg naar Farmington viel ons nog iets grappigs op. De boeren bewerken hier hun velden in cirkels, niet in rechthoeken. Waarschijnlijk is er genoeg plek dus dan maar rondjes? En dan ook nog vertellen dat cirkels gemaakt worden door Aliens, jaja….

Tegen 11 uur waren we terug in Farmington en nadat de auto weer gevuld was zijn we doorgereden naar Durango. Zodra je Colorado inrijdt zie je een enorm verschil, het is er veel groener, de huizen zijn erg mooi, het is er ook een stuk netter.

We zitten op een camping 11 mile van Durango, aan het water en in het bos, bergen om ons heen , spelende eekhoorntjes, kans op beren, hihi, dat wisten we niet 🙂

Tot nu hadden we op geen enkele camping een bbq, dus net zelf maar 1 gehaald bij de City Market en ook gelijk maar even kip kabab en italiaanse worstjes meegenomen, dat wordt smullen.

Morgen blijven we hier, een rustdag en wasdag want de wastas is erg vol en de onderbroeken zijn bijna op.

Vandaag gereden: 185 mile

zaterdag 2 juni

Vandaag rustdag dus uitgeslapen tot half 7.

Verder hebben we het rustig aan gedaan. Ontbijten, de koffers even van de achterbank gehaald en de auto (lees kledingkast/keuken) opnieuw ingericht.

Tegen half 10 hoorden we de fluit van de stoomtrein die dagelijks 2x van Durango naar Silverton en weer terug rijdt. Albert had gisteravond al uitgezocht waar het spoor liep, we horen hem namelijk wel maar zien hem vanaf de camping niet. Het spoor bleek een eindje verderop te liggen en toen we hem hoorden aankomen zijn we in de auto gestapt en naar de spoorovergang gereden. Het duurde nog wel even maar we hebben hem gezien. Een ritje kost ongeveer 100 dollar per persoon en dat hebben we er niet voor over. Bovendien hebben we al eens een ritje in een stoomtrein gemaakt in de buurt van Yosemite.
De trein kwam er met veel geweld en gefluit aan, gigantische zwarte wolken kwamen eruit en aan de onderkant spoot er water uit, maar snel ging het niet. Het is een stoomtrein die nog op kolen wordt gestookt. Mooi gezicht!

Nadat de trein was gepasseerd zijn we even naar Durango gereden, we moesten nog eten hebben voor vandaag. We kopen per dag eten omdat de koelbox steeds vol is met bier, cola, water, beleg enz. De grote zak ijs neemt ook nogal wat ruimte in, maar alles blijft goed koud.
We hebben even in downtown Durango rondgelopen, leuke oude gebouwen, maar ik heb wel eens mooiere stadjes gezien.

Toen terug naar de camping. We hebben 40 mile gereden alleen voor treintje kijken en boodschappen doen 🙂

Terug op de camping had de familie eekhoorn even ons afval gecontroleerd en de restjes opgegeten, hahaha. De boel lag dus op de grond. Later in de middag gingen ze nog even bij de buren kijken en die hadden pakjes fris op de grond laten staan, daar beten ze een gat in en zo te zien was het erg lekker!

De was is ook gedaan, erg makkelijk zo’n wasserij. Voor 3 dollar was alles schoon en droog.

Albert wil graag dat ik ook nog even vertel dat ik een uurtje geslapen heb in een stoel, dus bij deze.

Het weer is lekker, een graad of 28, maar met isolated thunderstorms. We hebben maar even gevraagd wat dat betekend en het is dus dat er af en toe hier en daar een bliksem is maar dat er bijna geen regen uitkomt, en tot nu toe klopt dat aardig. Voor de komende dagen geldt die waarschuwing voor het gebied waar we heengaan.

Morgen gaan we richting Glenwood Springs.

@Marjan: We zitten op de Riverside RV Park, het was vroeger een KOA, nu niet meer. Hij zit net buiten Hermosa, 11 mile van Durango, een aanrader!

zondag 3 juni

Vanochtend weer eens vroeg op, het gewone riedeltje en om 7.15 zaten we in de auto.

We hebben vandaag de Million Dollar Highway gereden. Deze Highway begint in Silverton en loopt tot Ouray (40 km) Hij loopt door de San Juan Mountains en het is misschien wel een van de meest adembenemende ritten die je kan maken..
Gebouwd in 1883 door Otto Mears als een tolweg van Ouray naar het nu uitgestorven stadje Ironton, biedt deze 2 baans highway spectaculaire vergezichten over het San Juan Mountain gebied en Uncompaghre Gorge. De weg werd uitgebreid om Silverton en Ironton met elkaar te verbinden via de Red Mountain pass, en werd gebruikt als tolweg tot 1920, toen hij gerenoveerd is en een deel werd van de huidige US Highway 550. De originele weg heeft 1 miljoen dollar in goud gekost, vandaar de naam.
De uitzichten zijn werkelijk adembenemend! Er zitten behoorlijk wat stijgingen en dalingen in. Soms lijkt het wel wat op de bergpassen van de Dolomieten alleen is het wegdek beter 🙂
We zijn door verschillende gebieden gereden, allemaal vrij hoog, het hoogste punt wat we bereikt hebben zal ongeveer tegen de 3000 meter zijn geweest. Onderweg veel mijnbouw (steenkool), oude zivermijnen, fruitteelt (vooral kersen en druiven) en hele mooie grote zwarte stieren, paarden. Zo te zien is het een vruchtbaar gebied, alles is mooi groen.
Onderweg hierheen hebben we nog Redstone bezocht, een oud mijnwerkersdorpje die nu een gewoon, maar wel erg mooi stadje is. Erg mooie gebouwen en veel victoriaanse huizen.
We zitten nu in Glenwood Spings, het toch wel rijkere gebied. Prachtige houten huizen, alles netjes om het huis heen (in tegenstelling tot wat we gewend zijn, in de staten waar meer indianen wonen laat men alles gewoon liggen waar het ligt, en ook de voormalige auto’s staan allemaal rond het huis) We staan op Hide Out een voormalige zilvervossenkwekerij, die, nadat de vraag om bont over was veranderd is in een camping. Er staan nog een paar oude cabins die gebruikt werden als hoofdkwartier. Het is hier zeer rustig en we staan alleen op een enorm veld. Het weer is prima, alleen ’s morgens moet de jas even aan.


Vandaag en de komende dagen zijn we niet zeker van Wifi, dus misschien gaat het even duren voordat er een update komt.
Morgen door naar Grand Lake, Rocky Mountains.

Vandaag gereden: 215 mile

maandag 4 juni

.Vanochtend uitgeslapen! We werden pas om 7.15 wakker, haha
Deze camping was een beetje vreemd, eigenlijk ingesteld op mensen die er gewoon wonen in een cabin of hun eigen camper. De wc’s en douches, die alleen voor tentkampeerders waren en afgesloten met een hangslot, stonden een behoorlijk eind lopen tussen de camperplekken. Niet erg logisch dus. Op zich waren de tentplekken wel mooi ruim en met schaduw.Om 8 uur zaten we in de auto en tegen 12 uur waren we eigenlijk al op onze volgende overnachtingsplek. Jammer, want voor overmorgen staan bezoeken op het programma, 1 ervan is de US Airforce Academy, en daar willen we toch iets meer tijd aan besteden.
Na het bestuderen van de kaart hebben we besloten om 2 dagplanningen in 1 dag te doen.
We hebben dus het Rocky Mountain National Park bezocht:
Het belangrijkste gebergte van Amerika zijn de Rocky Mountains. De bergketen loopt van de staat New Mexico tot aan het noordwesten van Alaska, een afstand van 4800 kilometer. Ze worden ook The Continental Divide genoemd, omdat hier Amerika als het ware in tweeën wordt gedeeld, het smeltwater stroomt vanaf de top 2 kanten op, naar het oosten en naar het westen. Het park herbergt de bronnen van de rivier de Colorado en heeft meer dan 100 pieken van meer dan 3.000 meter hoogte. De hoogste berg in het park is Longs Peak
Rocky Mountain National Park ligt in het noorden van de staat Colorado. Het park is het hele jaar geopend, alleen zijn de meeste parkwegen zijn gedurende de winter gesloten vanwege sneeuwval. . Het park biedt veel natuurschoon in de vorm van alpenweiden, bossen, meren en bergstromen en ook herbergt het een ruime variatie aan wild, zoals haviken, arenden, zwarte beren, coyotes, muildierherten, poema’s, dikhoornschapen en elanden.
Het park wordt doorkruist door drie wegen, U.S. Highway 34 en 36, en de Colorado State Highway 7. State Highway 7 loopt over een afstand van minder dan een mijl door het park, maar geeft toegang tot het Lily Lake Visitor Center. Highway 36 komt het park binnen vanuit het oosten waar het na enkele kilometers aansluit bij Highway 34. Deze weg is tevens gekend als de Trail Ridge Road doorheen het park, gaat hij van de stad Estes Park, in het oosten naar Grand Lake, in het zuidwesten. De weg gaat boven de 3700 meter en is door sneeuwval in de winter gesloten.De score aan wild is 2 elanden en 2 elk met 1 jong! Slecht dus!

Deze slideshow vereist JavaScript.

We hebben nog aan een ranger gevraagd waar de beren te vinden waren maar hij zei je moet wel heel veel geluk hebben om er 1 te zien. Ze zijn bang voor mensen en komen niet bij de wegen.
Hieruit blijkt maar weer dat we vorig jaar in Yellowstone geluk hadden omdat er zoveel sneeuw lag. Dan moeten ze wel naar de dalen om eten te vinden. Nu dus niet, er ligt bijna geen sneeuw meer.

Verder was het park wel mooi, maar geen topper in onze ogen. Hoge bergen, je krijgt wel een beetje het wauw-gevoel als je op de toppen staat. Je voelt je dan on Top of the World. Maar ook buiten het park zijn mooie bossen en prachtige wegen.

Na de Rocky Mountains zijn we doorgereden via Nederland

naar Central City, een plaatsje vlakbij Denver. En wat is het hier leuk! Het stadje is van ongeveer 1850 en is ontstaan omdat hier veel mijnwerkers hun geld kwamen opmaken. Het stikt er van de Casino’s en alle huizen zijn nog authentiek. Je weet gewoon niet wat je ziet. Het ene gebouw nog mooier dan de andere! Ze hebben dit heel slim aangepakt, dit is gewoon nog leuker dan een Ghosttown.

Deze slideshow vereist JavaScript.

We zijn eerst doorgereden naar de KOA en hebben onze tent opgezet op een heel mooi plekje. Het waaide wel een beetje en Albert liep alweer flink te vloeken toen het grondzeil aan de waai ging 🙂 Toe de tent stond moesten we nog eten gaan kopen, dus terug naar het stadje….


Zoek, zoek, zoek, alleen maar casino’s, geen supermarkt te bekennen, dus maar in een casino gaan eten (heerlijke taco’s)

De KOA is geweldig, schoon, hottubs, gameroom met tv, mooi uitzicht. Precies zoals je het graag zou willen hebben! Het ligt wel een beetje hoog, ik schat op 2500 meter. Als je een stukje moet lopen ben je vrij snel buiten adem. Ik zal de sportschool volgend jaar vragen of ik ook hoogtetraining kan krijgen.

Morgen de US Airforce Academy en overnachten in Green Mountain.

Vandaag gereden: 254 mile

dinsdag 5 juni

Vanochtend hebben we het wat rustiger aan gedaan. Wel opgestaan tegen 7 uur, toen rustig alles ingepakt. We stonden op een erg mooi plekje, op een speciaal tentenheuveltje, maar dat betekende wel dat we een stukje met de spullen moesten lopen.
Deze KOA verdiend echt een 10! Prachtige restrooms, 2 hottubs, laundry en schoner kan het niet.Om 8 uur zijn we gaan koffiedrinken in de office, en omdat de koffie nog niet klaar was toen we binnenkwamen, wilde ze hier geen geld voor.Toen maar weer op pad. We gingen wat later omdat we geen zin hadden in de enorme drukte rond Denver, maar het viel heel erg mee. Tegen kwart voor 11 waren we op de US Airforce Academy. :

De Air Force Academy is uniek in zijn dubbelrol van zowel Air Force basis als universiteit. De 10th Air Base Wing heeft als taken logistiek, medische ondersteuning, brandveiligheid, ,bewaking familietoezicht en bouwzaken op een terrein van 18,000-acre voor een inwonersaantal van 25000 mensen.
Bezoekers hebben toegang tot verschillende gebieden, zoals the Cadet Chapel, the Honor Court, Arnold Hall, the Cadet Field House, Falcon Athletic Center, Falcon Stadium, the Association of Graduates gebouw en het Visitor Center. The Terrazzo, vliegveld en woongebieden zijn niet toegankelijk.
Heel bijzonder is the Cadet Chapel: een architectonisch hoogstandje uit aluminium, glas en staal. Het licht valt op een hele mooie manier naar binnen. Als je op het goede tijdstip bent dan wordt het middenpad van de kerk prachtig verlicht
Met een hoogte van 50 meter is de Air Force Academy Chapel een “alle-geloven”gebedshuis, die is gebouwd voor de spirituele nood van de cadetten. Het bevat aparte kapellen voor de 4 belangrijkste geloven: protestants, Katholiek, Joods en Boeddhisten — plus een alle geloven kamer die gebruikt wordt door moslim-cadetten en andere geloven. Er zijn 2 hoofdverdiepingen, het protestantse deel zit op de bovenste verdieping en de andere geloven zitten op de verdieping eronder. Elke kapel heeft zijn eigen ingang en de diensten kunnen op dezelfde tijd worden gegeven zonder dat het de anderen stoort.

Bij de North Entrance werden we gecontroleerd, Albert moest zijn rijbewijs laten zien en ze wilden even in de auto kijken. Haha, die zit werkelijk helemaal vol, dus je ziet eigenlijk niets. Maar we mochten doorrijden en gingen eerst naar het visitorcenter. Daarna naar de Cadet Chapel. Wat een mooi gebouw is dat!

Het protestantse gedeelte is het grootst, en er is hier een hele mooie lichtval. Ook stond er een enorm orgel in. Dit is de eerste keer dat Albert meeliep een kerk in 🙂 Normaal wacht hij buiten wel even.


Onder het protestantse gedeelte zitten het katholieke, joodse en boedistengedeelte. Ook allemaal heel mooi, maar boven was het veel mooier.
Eromheen waren allemaal sportvelden, voor elke sport een veld, allemaal prachtig aangelegd.

Na ons bezoek aan de Academy was het tijd voor de Calhan Paint Mines:
De Calhan Paint Mines (CPM) is een goed bewaard geheim, die je niet in de “places to see” gidsen vindt omdat men zeer zuinig op het uiterst fragiele gebied is. Je vindt hier prachtig gekleurde hoodoo’s van klei met een “hoedje” van harder steen.
Het gebied is opgebouwd uit kleiresten met een ouderdom van 55 miljoen jaar, de eerste tekenen van menselijke aanwezigheid is van ongeveer 9000 jaar geleden. De indiaanse stammen gebruikten dit land als jachtgebied en ze wonnen kleurstoffen uit de klei. Ook werd de klei gebruikt om potten van te bakken
Erheen rijden is ( bij droogte) geen enkel probleem, het ligt ongeveer op 30 mile van Colorado Spings, net na het plaatsje Calhan.
Het gebied is erg kwetsbaar omdat het voor een groot deel uit klei bestaat, als vochtig is wordt het nog kwetsbaarder. Je moet hier opletten waar je loopt en absoluut nergens opklimmen om het gebied niet te beschadigen.

Deze slideshow vereist JavaScript.

We moesten door Colorado Springs, en wat waren we blij met de gedetailleerde atlas die we hebben gekregen van Janny. Er was een vrachtwagen omgeslagen en die lang op zijn zijkant op de US24, waardoor de weg was afgesloten. Met behulp van de atlas hebben we een andere route gevonden om eromheen te rijden.

De CPM is een klein, maar erg mooi gebied. De rotsen en hoodoo’s zijn echt wit, met oker. Ook zie je roze delen en wat zwart. De bloemen op weg naar de Mines waren prachtig.
In bloei staande cactussen, waarschijnlijk wilde orchideeën, bloeiende Yucca’s, en verder nog kleine wilde prairiebloemetjes..

Toen op weg naar de campground, die ligt in de buurt van de Garden of the Gods, in het plaatsje Green Mountain Falls. We staan boven op een heuvel en we waaien bijna weg. Het stormde de hele dag trouwens al wel behoorlijk. Gelukkig ligt hier geen los zand, en tegen een beetje wind kunnen we wel.

We hebben de bestemmingen voor morgen al van een afstand kunnen zien: the Garden of the Gods en Pikes Peak, alleen ligt de laatste nu met de top in de wolken. Even zien hoe het morgen is.

Op dit moment, het is nu half 8 ’s avonds, proberen we foto’s te maken van de zon, diafragma klein, sluiterstand zsm, want venus passeert de zon. De volgende keer dat dit gebeurt is pas in 2117, dat maken wij dus niet meer mee. We hebben ook geluk dat we hier zijn want in Europa is het niet te zien! Er staat 1 foto tussen en venus is een klein donker stipje links naast de zon, ongeveer op 10 voor 12.

Vandaag gereden: 216 mile

woensdag 6 juni

Gisteravond waaide (stormde) het hier! Tijdens het eten vlogen mijn plakjes brood van mijn bord af. We hebben zeker een uur in de auto gezeten, borrel erbij, gezellie 🙂 De tent hield het prachtig, af en toe leek hij meer op een tipi dan op een koepeltent, maar alles is goed gegaan.

Toen we vanochtend wakker werden was de wind weer gaan liggen, het is wel wat bewolkt maar er valt geen regen uit. Zodra de wolken even weg zijn is het warm, 85 gr F.

We hebben eindelijk bij de Safeway lekker brood gevonden. Het brood hier is niet geweldig. Of het is net een spons, praktisch altijd zachte kosten, en soms ook nog zoet. Maar wat we nu hebben (European Style) is lekker!

We wilden eerst naar Pikes Peak met de auto, maar omdat het gisteren zo stormde had ik daar weinig zin in. Bovendien heb ik wat last van hoogteziekte, in het Rocky Mountain NP leverde me dat ook al hoofdpijn en een behoorlijke druk op mijn hoofd op, dus we zijn maar niet naar boven gegaan. Bovendien gaan we zondag al de Alpine Loop doen en die is praktisch net zo hoog.

Dus op naar Seven Falls:
Seven Falls ligt in een natuurlijke box canyon. Het is de enige waterval in Colorado die voorkomt op de geografische lijst van internationale watervallen.
Seven Falls is een serie van 7 watervallen in Colorado Springs, Colorado. De totale hoogte van deze watervallen is 55.17 m en er is een trap van 224 treden om van de bodem naar de top te komen.
De watervallen zijn het best te bekijken vanaf het Eagle’s Nest Observation platform –te bereiken met een berglift die in de berg is gebouwd, maar je kan ook met de trap.

Het Eagle’s nest hebben we met de lift gedaan, mooi uitzicht op de watervallen.
Alleen, als je echt boven de watervallen wilt komen dan wachten de 224 treden omhoog. Erg leuk met hoogtevrees. Maar, als je niet teveel om je heen kijkt is het te doen. De eerste trap had 105 treden, dan een platformpje en dan de volgende trap van 115 treden, even doorlopen en nog een paar treden en je staat boven. Hijg, Hijg, puf, puf, maar de sportschool werpt zijn vruchten af en het is gelukt! Op zich is het erg leuk om langs een waterval omhoog te klimmen, het uitzicht was ook erg mooi.
Toen weer naar beneden, gewoon naar de treden kijken en ik stond zo weer op de grond.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Beneden was een soort eetgelegenheid en daar stonden de chipmucks enorm te bedelen. Erg leuk gezicht alleen moet je wel oppassen dat ze je niet per ongeluk bijten want de meesten zijn besmet met een parasiet die ze kunnen overbrengen. In principe is wild voeren verboden, maar wij hebben ook een zak doppinda’s in de auto liggen die ik meestal per ongeluk laat vallen/weggooi 🙂

Na de Seven Falls op weg naar de Garden of the Gods:
De Garden of the Gods is een openbaar park in Manitou Springs, Colorado
Het park is geschonken aan de stad Colorado Springs door de nazaten van Charles Elliott Perkins, onder voorwaarde dat de toegang gratis blijft zodat zo veel mogelijk mensen ervan kunnen genieten .
Er zijn hier veel wandel “trails”, een van de populairste heet Perkins trail, deze trail is nu geasfalteerd om de erosie tegen te gaan die werd veroorzaakt door de ontelbare bezoekers.
In het park komen veel ratelslangen voor in de hete zomerdagen. ( niet 1 gezien)
De ongewone vormen in het park zijn de historische overblijfselen van de beddingen van rood, blauw, paars en witte zandsteen, die vroeger horizontaal lagen maar door de immense kracht van het Pikes Peak massief in de laatste eeuwen omhoog getild zijn. Ook vindt je hier veel fossielen van planten en sommige dinosaurussoorten.

De Garden of the Gods is een mooi klein park, waar je leuk kunt wandelen. Het was hier wel behoorlijk druk, maar zeker de moeite van het bezoek waard.

We hebben nog even rondgewandeld in Manitou Springs, leuk oud stadje met een erg mooi hotel uit 1890. Helemaal van hout. In die tijd was hij erg luxe en er was zelfs 1 badkamer per verdieping, hihi.

Toen terug naar de camping, even wat eten. Het waaide inmiddels weer en bij Albert waaide de salami van het brood.

Na het eten nog even naar de Safeway om eten en drinken in te slaan. Voedsel is hier best wel duur. Vlees is erg aan de prijs. Komt bij dat er bijna geen kleine verpakkingen zijn, alles gaat in bakken van 2 kilo of meer, dus we moeten altijd flink zoeken om iets te vinden wat we in
1 x kunnen opeten. Maar het is gelukt. Op het menu staat Teryaki spies en kippenborst, daarbij brood en Coleslaw, toetje na en dan kunnen we er weer tegen!

De rest van de middag hebben we in de zon gezeten, raar weer hier, het waait wel erg hard maar je kan gewoon in de zon zitten. Af en toe zie je een bliksem, maar geen regen!

Het eten is inmiddels op. We zijn achter de auto gaan zitten met het bord op schoot en een grote steen als tafel, want toen de borden en het brood op tafel stonden, waaide het er zo weer af.

Vandaag gereden: 60 mile

donderdag 7 juni

Allereerst iedereen bedankt voor de felicitaties, het geeft een fijn gevoel als je alle berichtjes leest! Feestje en traktaties volgen heus nog wel als we weer terug zijn 🙂

Gisteravond hebben we een eng avondje gehad, er kwamen hele rare wolken, en iedereen keek wat bezorgd in de lucht.

Het ging steeds harder waaien en we begonnen ons af te vragen of de tent dit wel aan zou kunnen. Internet maar even aan en kijken naar het weer in onze regio. Er was een weather alert en toen we daar op keken werden we toch wat bezorgd. Hevige thunderstorms, flashfloodwarnings, enorme hagelstenen, en windstoten over de 100 km per uur. Tja, en wat doe je dan? We zijn maar gewoon in de auto gaan zitten en hebben afgewacht terwijl het aan alle kanten bliksemde (gelukkig niet boven ons)
Het ergste zou om 21.15 zijn en maar wachten……
We hebben geluk gehad, de bui is 30 mile oostwaarts tekeer gegaan en trok over de bergen voor ons weg. Toen de hemel weer een beetje normaler werd ging ook de wind weer wat liggen en zijn we ons bedje ingekropen.

Vanochtend vroeg wakker, tegen half 6 en toen ik mijn hoofd uit de tent stak was het net Zwitserland ’s morgensvroeg. Alleen maar mist, geen berg te zien.
Aan de overkant was een lege plek met stroom dus ik heb m’n laptop daar aan de stroom gelegd en heb even met Sil gekletst.

Toen we uitgekletst waren was de mist zo goed als weg.
Ontbeten, Albert had intussen de tent al ingepakt en toen wilde ik nog even proberen om een foto te maken van de kolibri’s die de hele tijd al rondvliegen. Gisteren kwam er al een recht op me af, stopte, bekeek me en vloog weer weg. Mensen verderop hadden een feeder hangen en ik mocht daar foto’s komen maken. Hij vertelde dat ze stilstaan in de lucht en dan vervolgens duikvluchten maken om te vrouwtjes te imponeren. Omdat ze feeders hebben vliegen bijna alle kolibri’s juist daar. Er zit suikerwater in. Tijdens een leuk gesprek met die mensen heb ik erg mooie foto’s kunnen maken. Hij wist erg veel over de vogeltjes te vertellen.

Toen op weg via The Gold Belt Tour, een Scenic Byway in het zuiden van Colorado.
De Gold Belt Tour gaat over de historische wegen die Cripple Creek verbinden met het Victor Mining District, de plek waar ‘s werelds grootste “goldrush” heeft plaatsgevonden, naar de stadjes Florence, Cañon City en Florissant.
Wij reden over de Teller One en de High Park Road richting Cañon City.
Teller County Road 1 is een weg met een harde bodem. Dit was de eerste weg die aangelegd is naar Cripple Creek. De weg kruist met de High Park Road.

We waren van plan om te overnachten in Howard, maar toen we hier waren was het nog wel erg vroeg, dus de kaart er maar weer bij en toen bedachten we dat we onze reservering op de KOA in Alamosa ook wel een dag langer konden maken, scheelt weer een keer tent opzetten.

Dus op naar Alamosa via de Colorado Gators Reptile Park. Die opende zijn deuren in 1990. Het is gevestigd in Mosca, Colorado. In 1977 startte dit bedrijf als een tilapia kwekerij. Nu zijn er vogels, reptielen opvang, educatie en een biodome
Een thermale bron op het land zorgt voor “wetlands” voor de alligators, maar zorgt ook voor een onderkomen en voedsel voor vele watervogels…De “Two Mile Creek Wildlife Habitat” biedt de bezoekers een blik op de alligators, reptielen en vogels in een natuurlijke omgeving. Er leven meer dan 125 soorten vogels op het terrein
In 1977 begonnen Erwin en Lynne Young hier een kwekerij voor tilapia en Afrikaanse snoek omdat op het terrein een thermale bron ligt met de juiste watertemperatuur. In 1987 kochten ze 100 1 jaar oude alligators om van het visafval af te komen. De alligators groeiden en de “locals” wilden ze graag zien. Zo ontstond het idee om de farm voor publiek te openen
Door de jaren heen werd de farm ook een opvangcentrum voor vele reptielen die niet gewenst meer waren, uitgezet in het wild of te gevaarlijk om thuis te verzorgen.
Het doel nu is om educatie te geven aan het publiek over de gevaren van het houden van reptielen als huisdier.

We hebben eindelijk een ratelslang gezien, makkelijk voor als we er echt eens een tegenkomen, maar ook enorme Boa’s en Pithons, nog veel meer enge reptielen, schildpadden, gators, lizards en kaaimannen. Ook vlogen er prachtige vogels, gewoon teveel om op te noemen. Echt een bezoekje waard. Wel zet je het aan het denken waarom mensen zulke dieren als huisdier proberen te houden.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Tegen 3 uur waren we op de KOA Alamosa, we hebben een prachtig plekje met schaduw want het is hier best wel warm. We blijven hier 2 nachten en morgen gaan we naar de Great Sand Dunes. Die kunnen we trouwens vanaf de camping zien liggen.
Omdat ik jarig ben mocht ik het eten kiezen en we hebben dus 1 pizza gehaald van de pizza hut want allebei 1 is gewoon veel te veel. Het is ook niet gewoon even een pizza bestellen, nee, wat voor korst, hoe groot, wat moet erop enz….En zo gaat het bijna overal!

Vandaag gereden: 200 mile

vrijdag 8 juni

Vandaag zijn we naar de Great Sand Dunes geweest:
Great Sand Dunes National Park and Preserve is een nationaal park in het zuiden van de Amerikaanse staat Colorado. Het park heeft een oppervlakte van 342 km², waarvan ongeveer 80 km² uit duinen bestaat. Sommige duinen zijn 230 meter hoog en behoren tot de hoogste van Noord-Amerika.
Het gebied werd in 1932 uitgeroepen tot Nationaal Monument. Op 22 november 2000 ondertekende de toenmalige president Bill Clinton een wet tot oprichting van het nationale park (Great Sand Dunes National Park and Preserve Act of 2000). Volgens de National Park Service trok het park in 2010 283.284 bezoekers.
De duinen zijn gevormd door zand dat door de Rio Grande en haar zijrivieren naar de San Luis Valley is gebracht. Duizenden jaren lang zijn de zandkorrels opgepikt door de sterke wind die hier voorkomt, om de Sangre de Christo Mountains over te gaan gaat de windstroming aan de oostzijde van de vallei scherp omhoog, waardoor het meegevoerde zand wordt losgelaten. Vooral het onderste deel van de duinen blijft constant van vorm, de toppen veranderen wel steeds van vorm.Voor de Sand Dunes is een soort beekje, de Medano Creek, die praktisch is opgedroogd. Natte voeten kregen we dus niet echt. Je staat tegenover een hele grote zakbak met mul zand. We hebben een stukje gelopen maar aangezien we te lui zijn om in het mulle zand een hele duin te gaan beklimmen waren we vrij snel uitgekeken. We hebben nog een stukje dirtroad gedaan tot een point of no return. Als je door zou rijden dan moet je via een pas het park weer verlaten. Omdat we niet weten hoe diep het zand wordt en onze banden natuurlijk alleen geschikt zijn voor asfalt, zijn we gewoon weer omgekeerd.Mooi gezicht die duinen met de hoge bergen op de achtergrond. Helaas is er weinig anders te ontdekken dan zand!

Een paar mile na de Sand Dunes ligt een waterval in een box-canyon, de Zapata Falls, die hebben we dus ook maar even bezocht.
De Falls zijn te bereiken via een hiking trail die aardig omhoog loopt. Aan de wandel dus maar weer! Een halve mijl is 800 meter dus je zou zeggen valt wel mee. Het was ook wel te doen, met 2 rustpauze’s en een flesje water bereikten we de waterval. Toen moest er geklauterd worden over stenen en boomwortels , ik heb het halverwege opgegeven, het werd me te glad. Albert is nog even doorgeklommen en heeft een foto kunnen maken.
Vooral ’s winters moet deze waterval erg mooi zijn, hij is dan volledig bevroren.


Het was ook heel lekker om bij de stroom te zitten, het water zorgt voor een heerlijke koelte. Het is hier namelijk behoorlijk warm. We ontdekten in de rotsen nog een nest met jonge grote zwarte vogels en de telelens lag in de auto dus Albert is nog even gaan bergbeklimmen om te zien wat voor vogels het waren: het was een nest met jonge raven, nog niet uitgevlogen, maar dat duurt niet lang meer.

Na het bezoek aan de Falls nog even van het uitzicht genoten. Je ziet vanaf de parkeerplaats de Dunes heel mooi liggen. Ook is er een heel mooi uitzicht over de vlaktes van de San Luis Valley.

Dit was de planning van vandaag dus maar even naar Alamosa gereden voor boodschappen. Onderweg nog een prachtige roofvogel (waarschijnlijk een Osprey) op de foto gezet.

Het is u 14.00 uur en we blijven lekker op de camping in de zon zitten.

Morgen naar Lake City, we gaan daar 3 dagen doorbrengen met Faye.

Vandaag gereden: 70 mile

zaterdag 9 juni

Vanochtend hadden op de camping pancakes als ontbijt, dus daar hebben we ontbeten. Voor 5 dollar pp was er koffie, jus, all-you-can-eat pancakes en sausages.
De pancakes zijn best wel lekker, heel anders als onze pannenkoeken, ze zijn luchtiger. Wat de Amerikanen wel doen is een dikke laag boter en siroop erop, waardoor het geheel weer erg zwaar wordt.We hadden vannacht 3 israelische motorrijders naast ons staan, waarvan er 1 een jaar rond ging trekken en de andere twee 6 maanden. Ze hadden de motoren gekocht en verkochten ze gewoon weer aan het eind van de reis. Zo te horen een stuk goedkoper dan huren. Dus als wij ooit nog eens wat langer willen rondreizen gaan we dit ook gewoon doen.Tegen half 9 verlieten we met een volle buik de camping, eerst nog even boodschappen gedaan en tanken. Ik had inmiddels via de City Market kaart 100 punten en hiermee kreeg je dan 10 cent korting per gallon op je benzine.

Op weg naar Lake City. De reis was niet zo lang, 130 mile. Wel zijn we een paar keer onderweg gestopt, even roken, even koffiedrinken, enz… Terwijl we vorig jaar op dezelfde weg genoeg wild zagen, hebben we vandaag 1 haas en 1 coyote gezien.

Aangekomen in Lake City

Deze slideshow vereist JavaScript.

de tent opgezet, we mochten weer zelf kiezen waar we wilden staan en we staan weer op hetzelfde plekje als vorig jaar, mooi onder de schaduw van een boom. Bij Faye hadden we een briefje neergelegd dat we er waren want ze was telefonisch niet bereikbaar. Een half uurtje later kwam ze eraan, helemaal blij, en we hebben even bijgekletst. Ze was erg blij met haar kadootjes, een Bartje, want ze vond de onze vorig jaar zo leuk. Ook een peper en zout stel in de vorm van Hollandse huisje viel erg in de smaak.

We hebben bijzonder snel internet hier, dus even leuk geskypet met Sil, Cath en Johnnier. Wat een uitvinding dat Skype, ik had het nog nooit echt gebruikt, maar het is geweldig!

Om 5 uur moesten we naar een opening van een tentoonstelling van een art-gallery want daar is Faye de vice-president van en wij zijn haar gasten. Het is een tentoonstelling van de locale artiesten en we hebben erg mooie foto’s gezien. Geen foto’s gemaakt want dat mocht niet.

Het is nu half 7 in de avond, de temperatuur is nog steeds goed. We hadden verwacht dat het hier kouder zou zijn, we zitten vrij hoog, op ongeveer 2800 meter. Even vannacht afwachten want afkoelen doet het zeker nog wel.

Morgen de Alpine Loop.

Vandaag gereden: 150 mile

zondag 10 juni

Vanochtend behoorlijk vroeg wakker, dat lag niet echt aan onszelf, maar meer aan het luchtbed. We hadden de afgelopen dagen al gemerkt dat hij een beetje leger was ’s morgens, maar ergens toen het nog donker was voelde ik opeens de grond. Ik dacht gewoon blijven liggen, het is nog geen tijd om op te staan. Albert dacht hetzelfde dus toen we echt op de grond lagen was het ongeveer 6.15 dus maar opgestaan.
We hadden al door dat het lek ergens bij de vuldop moest zitten dus niets aan te doen!Om 7 uur hadden we met Faye afgesproken bij de Bakery, die heeft echt heerlijke broodjes, dus we hebben gezellig ontbeten.

 

Om 8 uur moesten we bij de Sportsman zijn, via Faye hadden we een tour met gids over de Alpine Loop geregeld. Met de huurauto red je deze wegen echt niet, ze zijn te ruw, dat wisten we vorig jaar al. Nu kun je zelf een Jeep huren maar dat was praktisch net zo duur en op deze manier kon Albert ook gewoon genieten van het uitzicht. Gelukkig hadden ze er een winkel bij dus daar ook maar een nieuw luchtbed aangeschaft.

Onze gids, chauffeur was dezelfde man die ons vorig jaar heeft rondgeleid in een zilvermijn. Een man met veel humor, af en toe wat moeilijk te verstaan, hij heeft een Texaans accent, maar we hebben de hele dag om hem en met hem gelachen.

De tour zelf:
De Alpine Loop Back Country Byway ligt in het noorden van de San Juan Mountains van Colorado en is een spectaculaire rondrit van 65 mile met de mooiste uitzichten van Noord-Amerika.
De(erg ruige) byway gaat over twee passen van meer dan 4000 m hoogte. Je hebt hiervoor een 4WD met high clearance nodig. Voor deze route moet je de tijd nemen en genieten van de prachtige uitzichten. Voor diegenen met een avontuurlijke instelling (en het goede voertuig) biedt deze weg een mogelijkheid om terug te kijken in de tijden dat de vroegere mijnwerkers hier met de woeste, vaak vijandige omgeving. Het landschap verteld het verhaal van een andere manier van leven.

We zijn gestart om 8 uur en waren terug om 18.00 uur. We zijn over hele smalle weggetjes gekomen waar je elkaar niet kan passeren, meestal aan 1 kant een enorme afgrond, het hoogste punt die we bereikt hebben was 14300 foot, iets meer dan 4000 meter. Hele stukken hebben we hobbel de bobbel afgelegd, alleen maar rotsen waar je overheen moest.
We zijn bij oude mijnen geweest, hebben oude mijnstadjes gezien, onderweg ook wat wildlife: een groep Bighornsheep met jongen, veel yellow-belied marmots, deer, ground-squirls, en heel bijzonder: een wezel. Faye vertelde dat je die eigenlijk nooit ziet, ze verstoppen zich.
Op de helft hebben we geluncht bij een Mexicaan in Silverton, een oude bewoonde mijnstad. Het eten was authentiek en erg lekker!

De reis van vandaag was prachtig! Wat een mooie uitzichten. Op de toppen heb je een Alpine-toendra, daar groeit praktisch niets meer, alleen een soort gras. Het waaide wel behoorlijk en het was ook koud. Er lag ook nog sneeuw, maar een stuk minder dan vorig jaar, want toen was de Engeneer pas zelfs nog dicht deze periode.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Toen we terug kwamen hebben we nog een biertje gedronken bij onze chauffeur, en we hebben zelfs zijn adres gekregen, mochten we ooit een keer naar Texas komen, dan zijn we welkom.

We zijn nu weer terug op de camping, en het nieuwe luchtbed ligt in de tent. Et is al flink afgekoeld dus we krijgen weer een koud nachtje, afgelopen nacht was het ongeveer 5 graden.

Vandaag (niet zelf) gereden 80 mile

maandag 11 juni

Gisteravond koelde het al vrij snel af. Toen ik mijn verhaaltje zat te typen was het toch wel koud. Bovendien was ik wat duizelig, waarschijnlijk wat hoogteziekte dus niet te laat op bed.
Gelukkig hadden we weer een vol luchtbed en dat is zo gebleven!
We hebben geslapen in een joggingbroek en een trui maar toch was het niet echt warm te noemen. Vanochtend toen ik de tent uitkwam zei Albert moet je eens kijken… Het gras waar een sprinkler stond was gewoon bevroren, dus we zijn onder de 0 gegaan 🙂 we hoorden latter van Faye dat het -6 graden C was vannacht.
Vandaag een rustig dagje, Faye kon geen vrij krijgen dus we bleven wat in de omgeving. Eerst wel even naar de Bakery, want die broodjes zijn echt overheerlijk!
Toen belde Faye dat ze wel vrij kreeg tegen een uur of 10, dus of we op haar wilden wachten.
We hebben dus ruimte gemaakt op de achterbank want die ligt vol met koffers en tassen.Tegen half 11 was ze hier en we hebben, nadat we bij de Bakery onze lunch hadden gehaald, een tocht door de omgeving gemaakt, canyons bekeken, delen van het oude spoor opgezocht, allemaal over dirt-roads.
De auto is dus nu bruin, zelfs aan de binnenkant is het allemaal stof 🙂

Teruggekomen in Lake City nog even uit eten geweest en nu de auto weer even opnieuw ingepakt.

Morgen gaan we verder, richting Moab, via de Noordkant van de Black Canyon of the Gunnison.

Vandaag gereden: 93 mile

dinsdag 12 juni

We hebben een goede nacht gehad, het koelde niet teveel af, ik denk dat het een graad of 4 is gebleven, we hebben het in ieder geval niet koud gehad. Tegen half 7 opgestaan en de boel ingepakt.
Om 7.45 hadden we met Faye afgesproken bij de Bakery en hebben samen ontbeten. Toen moest zij aan het werk en wij aan de rit.
Toen we Lake City uitreden keken de hertjes ons na……prachtig stadje, zo ontspannen en zo terug in de tijd. Gewoon heerlijk om daar een paar dagen te zijn!
Er is 1 supermarkt en die noemen de dorpelingen het Food Museum, want de meeste artikelen zijn over datum. Ze verkopen ze gewoon aan de toeristen.
Van Lake City ging de rit via de North Rim van de Black Canyon of the Gunnisson naar Moab. Van de Canyon zelf zie je niets aan die zijde en omdat we een lange rit hadden zijn we niet afgeslagen. Bovendien zijn we hier vorig jaar ook al geweest. Het is wel een erg mooie rit met mooie uitzichten.

Naar Moab zijn we gereden via de Fisher Towers: een serie van torens gemaakt van Cuttler zandsteen bedekt met Moenkopi zandsteen en gestuckt met rode modder. De torens zijn genoemd naar een mijnwerker die daar leefde in 1880. Het is een erg populaire plek voor zowel fotograven als klimmers.
De dichtstbijzijnde stad is Moab, Utah.

Deze slideshow vereist JavaScript.

.
Eindelijk weer terug tussen de rode rotsen betekend ook een behoorlijke verandering van temperatuur! Het is hier 96 graden F. (35 graden C)

We staan op Canyonlands RV Park, we hebben zo ongeveer het laatste vrije plekje, gelukkig hadden we gereserveerd. (voor Marjan: we staan op T16) Er is gelukkig een overkapping, en ook de tent staat eronder, alleen de binnentent, de buitentent blijft in de auto.

We zijn net naar de City Market geweest voor vlees, brood en toetje, dus zo maar eten.

Morgen naar House on Fire en wat rondrijden in de omgeving, Er is hier erg veel te zien, dus we vermaken ons wel!

Vandaag gereden 300 mile

woensdag 13 juni

Gisteren, toen we aankwamen, lag ons plekje vol met witte pluisjes, we hadden ze al wel eerder gezien, maar wisten niet was het was. Onze buurjongen kwam met de oplossing: het is katoen. Ook vertelde hij dat het een prima firestarter was, dus Albert moest dat even proberen. Het was 1 grote steekvlam, en hij schrok zich rot!

Vannacht heerlijk geslapen, de temperatuur was ongeveer 15 graden C vannacht.
We waren wat Amerikaans vanochtend en zijn naar de Texaco gelopen (niet gereden dus valt nog mee) die voor de camping zit en hebben een large koffie met extra cafeïne gehaald. Broodje erbij en klaar voor de reis!

Vandaag zijn we naar de House on Fire geweest:
De eerste aanwijzingen van bewoning in het zuidwesten dateert uit de tijd rond 6000 v. Chr., dus lang voor de aankomst van de eerste blanken. Later leefden de Anasazi’s, die voorouders van de huidige natives, in de Four Corners Region. Hoewel bij lange na niet zo hoog ontwikkeld als hun zuidelijke buren, de Azteken, lieten ze toch enkele niet te missen sporen na. Ze konden als ware meesters hun huizen onder de meest smalle en hoge rots uitstulpingen bouwen. Dit diende enerzijds als betere verdediging, maar beschermde ook hun voorraden voor water of wilde dieren. Eerst leefden ze in kleinere groepen, bijvoorbeeld een paar families en ze leefden van jagen of landbouw. Later leefden ze in grotere groepen in grote complexen, de zogenaamde pueblo’s. Het culturele centrum van de Anazasi’s was de Chaco region, waarvan de ruine’s nog bestaan.
Ideaal voor zo’n ontdekkingstour is de Cedar Mesa Region, een groot gebied, die zich uitstrekt van westelijk van Blanding tot onder Mexican Hat. In de eenzame Canyons bevinden zich een tal van spectaculaire ruïnes en rotstekeningen. Echter, dit alles zie je pas na een tweede blik en je hebt wat ervaring nodig. Om een goede ruïne ”jager” te worden, moet je een paar dingen in de gaten houden: de bebouwing staat nooit los van de rotsen, dus het is belangrijk om de omliggende rotswanden goed te bekijken, op zoek naar nissen en holen in overhangende rotsen, de uitverkoren plaats van de ruïnes. De meeste ruïnes zijn van woonhuizen en zgn granaries, voorraadkamers waarin het graan lag. Meestal vindt men in hun nabijheid ook nog rotstekeningen, resten van graan of potscherven. Heel zeldzaam zijn de kiva’s, vergelijkbaar met onze kerken. Ze werden gebruikt voor religieuze ceremonies en weken duidelijk af van de andere bouwwerken. Meestal zijn het ronde ruimtes, die door middel van ladders bereikbaar zijn.
Zo ongeveer rond 1300 n.Chr. verdwenen deze natuurvolken volledig onverwacht uit beeld. Wat er met hun gebeurt is of waar ze heen zijn gegaan, is tot op heden een raadsel.
Na dit “uitstapje” in de historie terug naar de locatie zelf. The house on Fire: de beelden vertellen zelf waarom dit zo heet…
Een paar regels die gelden als je deze gebieden bezoekt:
Niet op ruïnemuren lopen, geen pictogrammen of petroglyfen aanraken, niets verplaatsen of meenemen en verlaat het gebied net zo als dat je het gevonden hebt.

Het was ongeveer 2 uur rijden en ligt niet logisch in onze route maar we wilden dit fenomeen graag een keer zien. We waren tegen 11 uur op de parkeerplaats, en toen was het nog 20 minuten lopen via een goed herkenbaar pad. Ik had al gelezen dat de beste tijd ergens tussen 11 en 1 uur lag, maar we waren wat te vroeg. Later bleek de goede tijd 13.00 uur te zijn, we hebben dus anderhalf uur doorgebracht met 2 mensen uit Las Vegas, waar we een leuk gesprek mee hebben gehad, dus we hebben ons niet verveeld. Het is een kwestie van wachten tot de zon op de goede stand staat en de rotsen zo verlicht, dat het vlammen lijken.
Toen de foto’s gemaakt waren, moesten we weer 20 minuten terug, in de brandende zon, totaal geen schaduw,dat viel wel een beetje tegen maar het was het zeker waard!

Na ons bezoek aan de House on Fire zijn we weer ongeveer 100 km terug gereden om de Needles Overlook aan te doen. Het is een van de uitzichtpunten over Canyonlands NP. We zagen de Colorado rivier erdoorheen stromen. We zijn ooit al in dit park geweest en het maakte toe veel indruk, maar ook vanaf dit uitkijkpunt was het weer prachtig!

Vanaf de Needles Overlook zijn we via de dirt road verder gereden, en hebben nog gekeken bij Looking Glass, dit is een gat in een rots, waardoor je een mooi uitzicht zou hebben. Helaas is hij van de kant waar wij waren te hoog om te beklimmen, bovendien was het erg heet daar. We hebben nog gekeken of er een andere weg was om hem vanaf de andere kant te benaderen, maar niets gevonden!

Dus maar weer op naar Moab, boodschappen doen en ijs halen, want dat smelt erg snel hier.
Het is de Pizza-hut geworden, dat gaat er altijd prima in! Biertje erbij, en nog een lekker toetje na en we kunnen er weer tegen.

Morgenvroeg Arches, dan gaan we de hike naar de Delicate Arch doen…Ik heb nog geprobeerd of we de Fiery Furnace tour konden doen, maar die zit vol tot 5 juli.
Morgenmiddag gaan we dan die kant van Moab bekijken.

Vandaag gereden: 215 mile

donderdag 14 juni

Gisteravond was ik zeker 2,5 uur bezig geweest om de foto’s erop te krjjgen en het lukte maar niet. Vanochtend dus maar om 6 uur opgestaan en de foto’s uploaden. Toen zag ik dat mijn verhaal ook niet was aangekomen. Er zitten waarschijnlijk teveel gebruikers op, waardoor je helemaal niets meer kan. Om 6 uur was het gelukkig zo klaar, verhaal er helemaal opgezet, dus het klopt nu weer.

Nergens ter wereld komen zoveel natuurlijke rotsbogen voor als binnen in Arches National Park. Naast de vele bogen zijn er ook allerlei grillig gevormde rotsformaties voor. Een groot deel van het park is eenvoudig bereikbaar via een 18 mijl lange weg.

Delicate Arch is een 14 meter hoge en 10 eter brede vrijstaande natuurlijke boog van zandsteen. De Arch is het meest beroemde monument uit het nationaal park en een belangrijk symbool voor de staat Utah. De boog staat afgebeeld op de nummerplaat van Utah en op een postzegel uit 1996 die het honderdjarig bestaan van de staat herdacht.

Enkele bijnamen voor Delicate Arch zijn The Chaps of The Schoolmarm’s Bloomers.

Het kwam goed uit dat we vroeg wakker waren, want de tocht naar de Delicate Arch kun je het best zo vroeg mogelijk doen. Vanaf de parkeerplaats is het 2,4 km lopen, veel omhoog en een heel stuk over slickrock, met geen tot weinig schaduwplekken. We begonnen tegen half 9 aan de klim en zijn ongeveer 50 minuten onderweg geweest. Maar het is absoluut de moeite waard! Wat een enorm ding is dat! Iedereen wachtte netjes op elkaar en maakte foto’s voor elkaar, de onze zijn door een Fransman gemaakt en ik heb vervolgens Japanners op de foto gezet. Toen weer naar beneden, dat viel op zich wel mee. Tegen half 11 waren we weer bij de auto. We hebben samen 2,1 liter water opgedronken 🙂

Deze slideshow vereist JavaScript.

Later zijn we nog wezen kijken bij de parkeerplaats van waar je deze Arch kan zien liggen.

We hebben nog wat in het park rondgereden, zijn er hier en daar nog even uit geweest, hebben nog even met wat Nederlanders staan te praten en hebben hun camper bekeken. Leuk ding, maar niets voor ons, je bent veel te beperkt!

In Arches wordt je trouwens gek van alle (erg brutale) japanners, busladingen vol. Ze drukken je zo aan de kant, zijn bijzonder onbeleefd en dringen gewoon voor als er een rij staat. Gelukkig komen we niet veel in de NP’s dus veel last hebben we niet.

Na Arches eerst naar de camping om even wat te eten en te bedenken wat we verder nog wilden doen.

Het is vandaag Flagday, ze vieren hier de dag van hun vlag, dus bij terugkomst hing de hele camping vol met vlaggetjes.

Vanmiddag zijn we naar de Ice Box Canyon gegaan, het is hier 39 graden C dus veel zin om iets inspannends te doen hebben we niet.
Icebox canyon, zo wordt hij genoemd door de locale bevolking hier, is een leuke en korte attractie vlakbij de weg.. In de meeste seizoenen biedt deze canyon een goed beeld van wat water doet met een woestijn.. Bovendien is het een koel en verfrissend uitstapje zelfs midden in de zomer..
In de koudste maanden van het jaar verbergt de Canyon een speciale schat! De wanden en de bronnen veranderen dan in immense kolommen van ijs. Het contrast tussen de rode rotsen en het blauwe ijs moet erg mooi zijn!

Het was even zoeken, de canyon is niet druk bezocht, maar er liep wel een klein padje, dus die maar genomen. Tussen allerlei struiken door, hagedisjes overal, prachtige libelle’s en ook de bevers waren hier flink aan het knagen geweest. Waarschijnlijk hebben we hun holen wel ontdekt, maar geen bever te zien. Aangekomen bij de bronnen, voelden we de koelte. Het was er wel 10 graden koeler, dus heerlijk! In het water zwommen rivierkreeftjes. Het gebied is totaal niet toeristisch, eerder avontuurlijk. Ik had nog wel even in mijn hoofd dat als je hier door een giftig beest wordt gebeten, je door niemand wordt gevonden…..Gewoon goed opletten waar je je voeten neerzet.

We waren terug op de camping tegen 3 uur en we zijn lekker in het zwembad gaan liggen, het is echt veel te warm om ook maar iets te doen. We gaan ook niet koken, de Mc Donalds zit hier tegenover dus dat wordt iets makkelijks met een ice-coffee erbij.

Morgen op naar Goblin, Crack Canyon en Wild Horse Canyon, geen verslag want er is daar geen internet. De dag erna naar Monument Valley.

Vandaag gereden: 60 mile

vrijdag 15 juni

We hebben een “slechte” nacht gehad. Op deze camping komen blijkbaar veel groepen, en of ze zijn ’s avonds luidruchtig, of ’s ochtends. In ons geval was het beide. Tegenover ons streek gistermiddag een groep van een man of 40 neer. Enorme aanhangwagen, ze hadden zoveel eten bij zich, dat je je afvraagt hoelang ze blijven. Er werd een gazen tent opgezet die even later de Foodcourt was. 3 kookeilanden, tafels, enorme thermosemmers, misschien wel 20 koelboxen XXL, enz. Vanochtend om half 6 begon het spektakel al: ontbijt! 2 tray met eieren werd omgetoverd tot roerei met spek en bacon en wie weet wat nog meer. Zakken met 10 kg hashbrown. Net een mierennest met bijbehorend lawaai.
Gelukkig wilden we vroeg weg en ik moest nog een hotel reserveren, dus het kwam goed uit want dan doet internet het tenminste vrij aardig.We hebben koffie gehaald bij de Texaco en verse broodjes voor onderweg.We wilden op weg naar onze eindbestemming naar de Cristal Geiser, op de I70, afslag 162.
We zagen 164, en toen 160. De afslag bestaat dus niet meer, dus geen Geiser.

Onderweg naar Goblin nog een hele mooie Golden Eagle gezien op een paaltje, maar helaas zat mijn telelens niet op de camera, en toen ik hem er bijna ophad, vloog hij weg…

Maar door naar de Crack Canyon:
Crack Canyon is een populaire, maar niet druk bezochte slotcanyon in de the San Rafael Swell, De Canyon ligt achter de Goblins. De canyon heeft 3 mooie nauwe gedeeltes en is te doen voor iedereen, je hebt hier geen technische ervaring voor nodig. Meestal is hij droog maar er kan ook water instaan tot kniediepte. Wel is er een hoge flash-flood warning dus je moet dit alleen maar doen als de weercondities het toelaten. (maar dat is altijd zo met slot-canyons, ze worden immers gevormd door flash-floods)

Het was even zoeken, er staan bijna geen bordjes en er zijn geen wegnummers. We zaten dus eerst fout. Nog maar weer een eindje doorgereden en het is gelukt!
Mooie Canyon, je wordt altijd even stil als je ziet wat voor kracht water kan hebben. Hier wil je niet zijn als er een flash-flood aankomt!

Deze slideshow vereist JavaScript.

Het was weer erg warm, ik schat een graad of 36, en het lopen in de zon is toch wel vrij zwaar. Gelukkig was er geen mul zand.

Het was een uur of 1 dus eerst maar naar de camping. Die ligt in het Goblin State Park.

Als je op de camping staat hoef je geen entree te betalen. Er was een nadeel: sinds vanochtend is de waterbron leeg en ze moeten nu water in de tanks pompen, dit gaat duren tot morgen, dus geen douche en alleen een pit-wc. We mochten ook ergens anders heen, dan kregen we ons geld terug. We zijn gebleven, want het is hier zoooo mooi! Dan maar een dag zonder douche!

We hebben een prachtig plekje, het zit wat verstopt en we hebben nu onze eigen canyon als voortuintje. We hebben een plek van ongeveer 50 m lang en 25 m breed.

Omdat ons hele plekje in de zon stond zijn we eerst even bij de Goblins gaan kijken en hebben daar geluncht.

Daarna wilden we Little Wild Horse Canyon gaan doen, toen we echter bij de ingang stonden moest er een stukje geklommen worden over wat smalle rotsen. Ik heb behoorlijk last van hoogtevrees en het is dus niet gelukt om eroverheen te komen. Alles scheef, geen houvast.

Maar weer terug naar de camping, stoeltjes gepakt en gewacht op de schaduw. De meeste Amerikanen zetten direct de tent op, hoe heet het ook is. Wij hebben gewoon even gewacht en lekker in de schaduw gezeten en tegen 5 uur onze tent opgezet.

Er is 1 bron hier die nog wel wat water geeft en we hadden onze 6 waterflesjes van vandaag nog, dus die hebben we gevuld voor afwas en gezicht wassen. Verder gebruiken we gewoon drinkwater, dat hebben we voldoende bij ons.
We drinken trouwens erg veel water, de laatste dagen ongeveer 4 liter per dag!

Als eten hadden we Chili Con Carne, al gekocht in LV, voor het geval we een keer geen supermarkt zouden vinden. Er stond Hot en Spicy op en dit klopte volledig! Broodje erbij en Coleslaw, en het buikje was weer vol.

Albert heeft wat hout verzameld, dus we hebben nu ook een kampvuurtje, echt nodig bij deze temperatuur 🙂

Morgen naar Monument Valley.

Vandaag gereden: 130 mile

zaterdag 16 juni

Vanochtend weer eens erg vroeg op. Het grootste gedeelte van de gasten trouwens ook, de kinderen liepen al flink lawaai te maken, en niemand die er iets van zei. Dit is af en toe echt het land van: als jij ergens last van hebt, dan is het jouw probleem!

Tentje ingepakt en besloten om te gaan ontbijten bij de Goblins. We waren de eersten want het park was nog niet open. Maar omdat de camping binnen de grenzen ligt, rij je er zo heen.
Albert heeft koffie gezet en ik heb foto’s lopen maken..

Na het ontbijt reden we tegen 7.45 het park weer uit.

Op weg naar de volgende bestemming deden we Little Egypt nog even aan:
Little Egypt is een klein en makkelijk bereikbaar gebied. Wie in Utah op de SR 95 onderweg is, of in Hanksville logeert, zou deze locatie moeten bezoeken.
De rotsformaties in Little Egypt lijken op die in Goblin Valley, ze zijn echter niet vrijstaand maar hangen tegen een rotswand aan. Hun warme rode kleur is met een zeer mooie witte band doortrokken.

Erg leuk gebied om even te stoppen, ik had ooit een mooie foto gezien en ik heb hem nu zelf ook kunnen maken.

Na Little Egypt reden we door het gebied van de Glen Canyon, ook weer erg mooie uitzichten en prachtige rotspartijen. De Colorado stroomt hier ook doorheen.

Vlak voor de Moki Dugway zijn we even afgeslagen om naar Muley Point te rijden, je hebt hier een prachtig uitzicht over de Gooseneck SP.

Bij goed weer zie je in de verte ook Monument Valley liggen (30 mile verderop) Wel leuk om een keer te doen, maar het zicht was niet geweldig.

Toen de Moki Dugway, een gravelweg met een daling van 10%, af en toe wat smal en vreselijk leuk om te rijden. Als je achterom kijkt kan je niet ontdekken waar hij loopt, net alsof hij volledig verstopt is. Ook helemaal beneden zie je hem niet.

Na de Moki Dugway volgde de Valley of the Gods:
De Valley of the Gods bevindt zich noordelijk van Mexican Hat, het ligt in de spitse driehoek tussen de SR 163 en de SR 261. Een 26 km lange zandweg kronkelt zich door de rood oplichtende bergformaties. De zandsteenmonolieten lijken op die in Monument Valley, maar ze zijn dunner en niet zo enorm.

Een behoorlijk washborded weg, maar daar had Albert iets op gevonden: als je harder dan 30 mile (46 km) rijdt, dan voel je het minder. Met die snelheid werd het net een kermisattractie want er zitten behoorlijke dips in de weg en dan een paar achter elkaar. Op het eind probeerde hij nog even harder dan 40 mile, maar toen brak de auto van achteren uit. We hebben een 4 wheel drive, maar hebben tot nu alles met achterwielaandrijving gedaan. De Valley of the Gods is een erg leuke route om te doen, mooie monolieten, veel loshangende stukken rotsen waarvan je denkt dat ze elk moment kunnen gaan vallen.

Toen op naar Gouldings Campground, helaas was ons plekje van vorig jaar al bezet, maar we hebben nu ook een mooi plekje, er zit zelfs stroom! We hebben een prachtig uitzicht op Monument Valley en wachten dn ook weer met spanning de zonsondergang af, want die is hier prachtig! Ik heb nog geen grote spinnen gezien hier, maar wel grote hagedissen 🙂

Deze slideshow vereist JavaScript.

Wat ook erg vermakelijk is om naar te kijken zijn beginnende kampeerders: er zijn hier 2 duitse stellen die tentkamperen. Beide tenten staan alleen maar vast met 4 kleine harinkjes (die bij de tent geleverd worden) De eerste tent was al omgewaaid en we hopen nu op wat meer wind…..(leedvermaak)

Morgen naar Page via de Blue Canyon.

Vandaag gereden: 215 mile.

zondag 17 juni

We stonden vannacht echt internationaal: Nederlanders, Duitsers, Fransen, Engelsen en Belgen. En jawel: de Belg kwam er om een uur of 10 achter dat hij zijn autosleutels ergens was verloren. Eerst de hele camping over, toen alle tassen op de kop, ze zijn een hele tijd bezig geweest. Toen we vanochtend vroegen had hij ze nog niet weer gevonden. Ze konden nog onder de tent liggen, maar zijn vriendin sliep nog. Hij wist niet of hij raod-assistence had, maar hij zou gaan bellen als ze niet onder de tent lagen…….Helaas weten we de afloop niet, maar misschien komen we ze nog wel tegen want we trekken dezelfde kant op.

Vandaag stond eerst de Blue Canyon op het programma, maar……al met al is het dan 7 uur rijden, en het is echt snikheet hier, en we wilden toch graag een schaduwrijk plekje op de camping, dus hoe later je komt, hoe minder plek.

We hebben dus de Blue Canyon even op het lijstje laten staan en zijn rechtstreeks naar Page gereden. Onderweg even gestopt in Kayenta voor drinken voor de Jeep en een kop koffie voor onszelf. En ook hebben we even rondgekeken in het Navajo National Monument. De cliff-dweilings zijn te zien door een naar beneden lopend 1 mijl lang pad af te leggen. Het was inmiddels zo warm dat we dat maar hebben overgeslagen. Bovendien is de UV straling vandaag 11, extreme, dus zo gezond is het ook niet om in de zon te lopen en alle cliff-dweilings lijken op elkaar!

In Page aangekomen zijn we eerst de camping opgereden om even te kijken of er schaduwplekken vrij waren en we staan nu op tentplek 9, vorig jaar stonden we 1 plek verder, 3 maal raden wie er op 9 stonden 🙂

Verder hebben we vanmiddag de volgende uitstapjes gemaakt:

Boodschappen doen in de Safeway: een grote, heerlijk gekoelde supermarkt, op dit moment een genot om er rond te lopen.

Boodschappen doen in de Walmart: ook een groot supercenter waar ze werkelijk alles hebben, ook deze is lekker koel! We hebben er wel een uur rondgedwaald.
Ik had een voetpomp meegenomen om het luchtbed op te pompen en die begaf het 2 dagen geleden al, ducktape erop en maar weer verder gaan. Alleen werkte dit niet perfect want de tape ging steeds los. We hebben nu dus maar een elektrische pomp gekocht. Wat een genot, in 2 minuutjes vol terwijl we anders 15 minuten staan te trappen.

Verder gaan we niets meer doen, gewoon in de schaduw zitten. Het loopt tegen de 40 graden, het waait een beetje (warme wind) en we zijn niet meer van plan om nog in de zon te gaan lopen.

De plannen voor de komende dagen laten we dus wat afhangen van het weer en hoe koel het ’s morgens is.

Vandaag gereden: 150 mile

maandag 18 juni

Het was behoorlijk warm vannacht en we zijn weer terug op 9 uur tijdsverschil, dus erg vroeg wakker, half 6 vandaag!
Gelukkig was de zon nog niet echt aanwezig dus in een erg aangename temperatuur ontbeten, we hebben oud brood in de koekenpan omgetoverd tot tosti’s.Omdat de temperatuur en de UV straling nog steeds erg hoog zijn en het wordt alleen maar erger, hadden we gisteravond besloten om dat vanochtend zo vroeg mogelijk iets te ondernemen.Het is de Waterholes Slot Canyon geworden:
Een bijzondere soort van ravijnen die voorkomen in het Zuidwesten van Amerika zijn de Slotcanyons. Het woord ‘slot’ betekent ‘smalle gleuf’ dus een slot canyon is een kloof met hoge wanden, die erg dicht bij elkaar staan. De meeste van deze canyons zijn gevormd in droge gebieden, waar af en toe heftige overstromingen (flashfloods) voorkomen. Tijdens een flashflood schuurt het water met steen en ander puin door de zachtere rotslagen heen, waardoor de smalle kloven ontstaan.
Bij de plaats Page liggen een aantal slot canyons die open zijn voor toeristen. De Upper en Lower Antelope Canyons worden heel druk bezocht, maar het gelijksoortige Water Holes Slot Canyon is nog vrij onbekend, en dus ook een stuk rustiger
De canyon heet “Water Holes” omdat er diverse waterpockets in de canyon voorkomen, dit zijn holle plekken in de rotsbodem waarin zich soms water verzameld. Als het geregend heeft komen er veel waterpoelen en modderige plekken voor. Na een wat langere droge periode kan de canyon ook helemaal droog zijn.

Als je de Canyon wilt bezoeken heb je een Navajo Tribal Permit nodig, die konden we halen in het dorpje Lechee, bij het Navajo Chapter House. Gelukkig hadden we de route beschrijving, want het gebouwtje zat wat verstopt. Het ging open om 8 uur, dus wij waren er om 1 over 8. Vijf minuten later en 10 dollar lichter waren we in het bezit van de permit dus op weg naar de parkeerplaats, permit op het dashbord en via de cairnstones (indiaanse wegwijsstenen) gingen we op zoek naar waar we konden afdalen in de canyon. Het was wat lastig, ik schat ongeveer 25 meter naar beneden klauteren, maar gelukkig was er genoeg houvast dus het ging goed!

Het is echt een geweldig leuke slotcanyon, al die kleuren, en achter elke bocht wordt je weer verrast met nog meer mooie dingen, er zitten 2 nauwere passages in, wel was het wat zwaar door het mulle zand. Hier is vast lang geen flashflood geweest want alles was krukdroog.
We hebben 2 soorten hagedissen gezien, 1 soort met kleuren die zich aanpasten en een ander, groter soort.

We zijn heen en terug 2 uur onderweg geweest, de terugklauterpartij omhoog werd gelukkig iets makkelijker omdat Albert een andere weg zag. We waren blijkbaar op de moeilijke manier naar beneden gekomen, over 2 rotsblokken heen gegleden en ik vroeg me al af hoe ik daar weer omhoog zou komen, maar dat hoefde dus niet.

Deze slideshow vereist JavaScript.

We mochten niet onder de brug door, maar hebben daar nog wel even gekeken, want er ligt daar een auto tussen 2 rotsblokken in en dat moest ik even zien 🙂

En toen was het half 11, alweer 100 graden F, dus even naar Lake Powell gereden en daar wat rondgekeken. Ook zijn we nog doorgereden naar Lone Rock, om te kijken of we met de auto op het strand konden komen. De Ranger waarschuwde wel dat de zandwegen erg mul waren dus oppassen. Je zit zo vast daar….We zijn eerst maar even op de parkeerplaats gaan kijken en jawel: er zat al een auto vast, die hadden ook de slechtste weg genomen, met een gewone auto. Verderop lagen betere wegen, alleen het waaide nogal, met bijbehorend zand, dus we zijn lekker richting camping gegaan. Eerst nog even onze nieuwe hobby beoefend: winkelen in koude winkels.

Vanmiddag zijn we even wezen zwemmen, lekker badje hier, wel binnen, maar met airco. Ook de hottub even geprobeerd maar die was erg heet.

Straks nog even naar de Safeway voor eten en even bedenken wat we morgen gaan doen.

Vandaag gereden: 50 mile

dinsdag 19 juni

Het was weer een warme nacht! De temperatuur ’s nachts is er een die overdag niet gehaald wordt in Nederland. Opgestaan om half 6, gezellig met de buren uit Oregon gekletst en de plannen voor vandaag gemaakt.

Aangezien een dag in de stoel onder een boom zitten ook niet echt aantrekkelijk was, hebben we besloten om naar Yellow Rock te gaan:
Yellow Rock ligt aan de Cottonwood Canyon Road en is te bereiken door een steil pad met veel los zand/stenen op te klauteren die begint in de Hackberry Canyon. Extreme voorzichtigheid is geboden, je glijdt snel weg…en de diepte is vlakbij…

Eerst zijn we langs het BLM-kantoor gegaan om te informeren hoe de toestand van de Cottonwood Canyon Road was, een paar weken geleden was deze nog gesloten omdat er ergens water over de weg liep, de weg is onberijdbaar als hij nat is. We hadden geluk, de hele weg is weer open en in een prima conditie.

Het is een leuke dirt-road met erg mooie uitzichten. Het landschap verandert vaak.
Aangekomen bij de parkeerplaats bleek dat het een beste klim zou gaan worden, maar met voldoende pauzes en water is het toch gelukt om boven te komen. Even zakte me de moed in de schoenen toen we bijna bovenop een bergkam waren en bleek dat er nog een hogere bergkam te bedwingen was. Erg mooi zo’n gele berg in een rood-wit-grijze omgeving.

Toe we helemaal op adem waren, de terugweg…Glibberen en glijden af en toe, steeds maar zoeken naar een beetje houvast en dat natuurlijk weer in gezelschap van onze grote vriendin: de ZON.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Weer een mooie ervaring rijker zijn we rustig terug gereden, hier en daar even stoppen voor het uitzicht.

In Page gelijk maar de boodschappen voor vanavond gehaald, en nu zijn we aan het wassen
Verder gaan we vandaag niets meer doen, het is inmiddels weer over de 100 graden F, dus we blijven mooi onder onze boom.

Morgen naar de Grand Canyon North Rim

Vandaag gereden:100 mile

woensdag 20 juni

En alweer vroeg op….half 6…ontbeten, en de boel ingepakt.

Op weg naar de Grand Canyon via de 89A. Elke keer kijk ik weer mijn ogen uit, dit is echt een weg waar je ogen tekort komt!

Gestopt bij de Navajo-bridge, want we hadden gehoord dat hier vaak Californische Condors zitten. We hadden geluk, er zaten 3 condors wat te dutten onder de nieuwe brug. Helaas gingen ze niet vliegen, want dan zie je pas hoe groot ze zijn (spanwijdte van ongeveer 2.90m)

Verderop hebben we nog gekeken bij het Condor-observatiepunt, we zagen wat nesten in de rotsen en er vlogen 4 rond, maar erg hoog.

Toen naar de North Rim, eerst even gestopt bij Jacob Lake en koffie met de wereldberoemde cookies gehad. Ook nog een kolibrie op de foto gekregen 🙂

De Grand Canyon wordt beschouwd als een van de zeven wereldwonderen der natuur.
Miljoenen jaren geleden werd een deel van de aardkorst omhoog gedrukt, en zo ontstond het Colorado Plateau, waar de Grand Canyon een onderdeel van is. De Colorado River baant zich sinds 6 miljoen jaar een weg door de rotslagen van dit plateau, en het gesteente wordt steeds verder weggeslepen. Elke rotslaag bestaat uit een ander soort gesteente, dus zijn de effecten van de kracht van het water overal verschillend. Hierdoor is een stelsel van diepe, grillig gevormde ravijnen ontstaan. Ook hebben de vorst en de wind hun eroderende krachten losgelaten op deze ravijnen.
Aangezien we de South Rim reeds 2 maal bezocht hebben (1x per auto en 1x met de helikopter) willen we nu de North Rim eens zien omdat deze mooier moet zijn en veel rustiger is. Ook gaan we weer op jacht naar de Kaibab squirrels, de grijze eekhoorn met witte staarten die uniek is voor dit gebied .De laatste keer dat we hier waren was de weg dicht vanaf Jacob Lake en zijn we uren bezig geweest voordat we er 1 zagen.
Hemelsbreed gezien is afstand tussen de North Rim en de South Rim slechts 10 mijl, De afstand over de weg is echter bijna 200 mijl. De North Rim ligt 300 meter hoger dan de South Rim. Slechts 10% van de bezoekers van de Grand Canyon bezoekt de North Rim. De North Rim bereik je de AZ-67, die begint bij het plaatsje Jacob Lake. Deze weg is gesloten na de eerste flinke sneeuwval, meestal eind oktober en gaat pas begin mei weer open.

Het is nog een aardig eind rijden vanaf Jacob Lake (45 mile) maar het is wel een mooie weg, alles groen, mooie alpenweiden, we hebben een kudde beefalo’s gezien (kruising koe-buffel)

Aangekomen op de camping hebben we eerst onze tent opgezet, de temperatuur hier is heerlijk, graadje of 28. Daarna zijn we aan de rit gegaan en hebben wat uitkijkpunten bezocht.
Ook zijn we naar een Ranger-programma geweest waar ze van alles vertelden over de Condor. Rond 1990 waren er op de hele wereld nog maar 22 Condors in het wild en men heeft een programma opgestart om ze terug te krijgen. Na veel tegenslagen is het toch gelukt, en nu vliegen er ongeveer 400 rond op deze aarde. De Ranger praatte slecht Engels en ik dacht nog: die Indiaan spreekt slecht Engels….bleek het een Japanner te zijn, geboren in Tokio….

Prachtige uitzichten, ik weet echter niet welke kant ik mooier vindt. Het is hier wel stiller en je voelt je echt in een verlaten omgeving, dat is op de South Rim niet zo. Je ziet hier ook meer beesten rondhuppelen/vliegen, dus als ik mag kiezen dan zit ik liever op de North Rim.

Deze slideshow vereist JavaScript.

1 klein nadeel hier: de fire-danger is extreme en dit betekend dat je geen kampvuren of open vuren mag hebben, maar ook dat je alleen mag roken in een dichte auto, en dat mag niet van Dollar, dus nu doe we het stiekem in de tent….

Morgen weer de warmte in, ffff, via Hilldale naar Mesquite

Vandaag gereden: 180 mile

donderdag 21 juni

Gisteravond de zonsondergang bekeken en vanochtend de zonsopgang. De kleuren van de rotsen zijn heel intens, zowel ’s avonds als ‘s morgens. Gisteravond scheen de zon op de South Rim (10 mile verderop) en vanochtend was de North Rim aan de beurt..

Toen de zon eenmaal weg was, werd het op de camping echt aardedonker. We lagen er, net zoals alle buren, dus vrij vroeg in. Ik heb nog wel liggen kijken naar de talloze sterren. Als het zo donker is, dan is de hemel vol met sterren!

Na het ontbijt hebben we lopen leuren met onze campingspullen. Vorig jaar waren we ze zo kwijt, nu hebben we de stoelen en wasmiddel kunnen weggeven aan een stel Fransen naast ons en verder was het lastig dus we hebben we hele box bij de container gezet met een briefje erop, waarschijnlijk wordt het zo wel hergebruikt.

We hadden geen haast maar reden toch tegen 7.15 het park weer uit. We zijn nog op zoek geweest naar de Kaibab Squirl, gisteren 1 gezien, maar vandaag geen geluk, ook niet nadat we een stuk het bos waren ingereden. Ook de Beefalo’s liepen er weer, gelukkig niet op de weg, want dan kan het lang duren weten we nog uit Yellowstone.

In Hurricane vonden we de eerste Mc Donalds en daar het verhaal van gisteren op de weblog gezet, de foto’s uploaden duurde erg lang, maar het is toch gelukt onder het genot van een iced-coffee

We wilden nog een waterval bezoeken bij Hildale: Hildale zit vast aan Colorado City en is het hoofdkwartier van de fundamentalistische kerk van Jezus Christus van de Laatste Dagen. Veel van de volwassen zijn polygamisten. De meeste wetsdienaren hier zijn lid van de kerk, en critici zeggen dat het leven hier lijkt op het gevangenisleven, wat veroorzaakt is doordat de vrouwen gingen protesteren tegen de de polygameuze leefstijl.
Warren Jeffs, de leider van deze “sekte” bezit over de 100 vrouwen. Alle bevelen die hij geeft zijn volgens hem orders van God en iedereen gehoorzaamt hem blindelings. Hij werd in 2006, nadat hij op de FBI’s most wanted list kwam, gearresteerd op 28-08-2006 in Las Vegas. In 2007 kreeg hij levenslang voor zijn betrokkenheid bij verkrachting en een gedwongen huwelijk tussen een 14 jaar oud meisje en haar 19 jaar oude neef.
In het Colorado City/Hildale gebied komen meeste gevallen van fumarase deficiency ter wereld voor, ook wel Polygamist Down’s genoemd. Het betreft hier een bijzondere genetische aandoening die wordt veroorzaakt door het trouwen onder neven en nichten. De meeste inwoners zijn allemaal afstammelingen van de 2 stadsoprichters , Joseph Smith Jessop and John Yates Barlow. Fumarase deficiency veroorzaakt encefalopathie, zware mentale retardatie, ongewone afwijkingen aan het gelaat, brein malformaties en epileptische aanvallen. In 1990 waren er op de hele wereld maar 13 gediagnostiseerde gevallen maar hier heeft men zeker 20 mensen gevonden met deze afwijking, bovendien hadden ze een IQ van ongeveer 25.

Omdat het zo vreselijk warm was, zijn we alleen door Hildale heengereden, het is een stadje zoals elke andere, wij hebben niets bijzonders gezien. De waterval blijft gewoon staan op het lijstje. We gaan niet meer hiken met temperaturen van 40 graden C.

In St. Georg hebben we nog even gegeten bij de Del Taco, een Macho Taco menu…..Je moet ook echt een macho zijn om dat allemaal weg te krijgen 🙂

De hoogste temperatuur vandaag was 110 graden F. Dat is dus 42 graden C ofzo

Toen verder naar Mesquite, waar we slapen in een casino-hotel. Dit hadden we van de week al besloten toen we de temperaturen zagen. Op de hotelsite zelf was de kamer 78 dollar, maar via een andere site vond ik dezelfde kamer voor 32 dollar, helaas kunnen we niet lid worden van de spelersclub, want dat zijn we al, haha We moeten wel even wennen, wat een ruimte, en een tv!

We hebben even een uurtje in het zwembad gelegen, we moeten nog even wat bijkleuren want met al dat gehike zijn een beetje vreemd bruin geworden, overal streepjes. Je kunt alleen niet erg lang blijven liggen want het waait en het is net alsof je in een fohn zit.

Straks nog even eten en wat gokken en dan morgen naar Las Vegas.

Vandaag gereden: 190 mile

vrijdag 22 juni

Vandaag weer richting ons (tweede) huis!

Erg jammer dat nu het einde dan echt in zicht is, 4 weken zijn eigenlijk veel te kort…

Vanochtend lekker ontbeten in het buffet van Virgin River in Mesquite, voor 15 dollar voor 2 personen was er weer een ruime keus in eieren, bacon, vlees, een heel vers fruit buffet, ijs, gebak, koekjes, zoete broodjes, enz. De waitress is zo vaak met de koffie langs geweest dat we tot de middag geen drinken meer hoefden, haha

Naar Las Vegas was het niet zo ver, ongeveer 70 mile. Eerst nog even langs de Moapa indianen geweest voor sigaretten en om even te genieten van al het vuurwerk wat ze daar verkopen, er liggen nog net geen granaten, maar dat scheelt niet veel. Helaas mag je er geen foto’s maken, maar je weet niet wat je ziet. Ongeveer 30×30 meter vol met schappen met vuurwerk.

Tegen 10 uur waren we in Las Vegas, en aangezien we nog niet konden inchecken eerst maar even boodschappen gedaan in de Outlet. Je kunt daar uren rondlopen dus de tijd was zo voorbij en tegen 14.00 uur kregen we onze mooie kamer op de 18e verdieping in South Point.


Wat een mooi hotel is dit! Erg groot, erg veel gokkasten en om in te verdwalen.


Vanuit de kamer zien we het vliegveld dus Albert vermaakt zich prima.
De koffers zijn gepakt, het past allemaal weer net, altijd weer spannend! De zo nette kamer was trouwens binnen een half uur veranderd in iets waar een bom ontploft leek te zijn

Heel vereassend kwam er nog iets te voorschijn uit de handbagage wat echt niet mee had gemogen, Albert had iets gemaakt om de haringen makkelijker uit de grond te krijgen, en deze mag echt niet met je mee het vliegtuig in, op Schiphol hebben ze wel in die koffer gekeken, maar de tent zat er ook in en ze dachten dat ze tentharingen zagen, in Amerika werd er helemaal niet gereageerd.

De auto is een beetje vies geworden, maar ik heb hem van binnen toch nog maar even wat schoongeveegd met de laatste handdoek, het was een en al zand….

Morgen gaan we nog naar Cars en Coffee, een plek waar bezitters van hotrods en lowriders zich verzamelen tussen 8 en 10 uur. Hopen dat het niet te warm is en dat er genoeg auto’s komen Verder nog even het zwembad uitproberen en onze gratis buffetcoupons opmaken.

Vandaag gereden: 108 mile

zaterdag 23 juni

Onze laatste volle dag zijn we ook weer vroeg opgestaan. Lekker ontbijtje gehad en om 8 uur richting Eatsern Avenue voor de Cars & Coffee. Dit is een wekelijkse bijeenkomst van bezitters van Lowriders, Hotrods en speciale auto’s. Onder het genot van de koffie bekijken ze elkaars auto’s en ik moet zeggen: het was erg leuk!
Een hele partij Shelby’s, Mustangs, Corvettes, erg snelle auto’s, oldtimers, verbouwde auto’s en ook een VW busje uit 1959. Er stond daar echt voor miljoenen aan auto’s. We hebben er een uurtje rondgelopen.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Maar goed dat we vroeg waren, het duurt van 8 tot 10 uur, maar na 9 uur kwam er niet echt meer iets bij en reden er al veel weer weg.
Toen nog weer naar de Walmart, en de Walgreens en we hebben de Pawn-shop opgezocht die altijd op de tv is. Er stond een behoorlijke rij voor, dus even binnenkijken was er niet bij.
We hebben een stuk Strip gereden (normaal rijden we er achter langs) en de op 30 april gesloten O’Sheas Casino is inmiddels helemaal gestript. In 2013 opent hier The Ling, een $550 miljoen kostend entertainment center. De Sahara staat er nog helemaal, alleen begin je wat verval te zien. Ook de bouwputten van de nieuwe projecten, die stilliggen, zijn niet echt een mooie aanblik.
Daarna de auto geparkeerd in het Paris, en een stukje over de strip gelopen. Het was warm en druk, dus we hadden het al vrij snel gezien.Maar weer terug naar South Point en we gaan nu lekker naar het zwembad.Vanavond nog even gokken en dan begint morgen om 11.17 onze terugreis via Chicago naar huis.
Als alles goed is landen we dan maandagochtend om half 10 op Schiphol.

Vandaag gereden: 25 mile

De hele reis gereden: 4330 mile

maandag 25 juni

Op 24 juni nog even rustig ontbeten, uitgecheckt, de laatste keer nog even 5 dollar vergokt en toen op naar Dollar, auto ingeleverd, naar het vliegveld, ingecheckt en op tijd vertrokken naar Chicago.

In Chicago liepen we 2 uur vertraging op, eerst was het vliegtuig er nog niet en toen we er allemaal inzaten was er een bagagebak kapot, dus wachten op de Mechanic, die er een sticker opplakte.

Maandagmorgen om kwart voor 11 geland op Schiphol, beide vluchten waren lekker rustig, geen turbulentie.

Vervolgens de trein naar huis genomen en Sil heeft ons van het station gehaald.

Nu zijn we thuis, wel wat moe, maar ik heb een energydrankje achterover geslagen en die werkt 5 uur en dan wordt het slapen en hopen dat de Jetlag meevalt.

We willen iedereen bedanken voor alle lieve en leuke reacties.
Lyan & Albert